VIII 15.
458 Bijdragen aan gemeenten in de kosten van scholen voor het lager nijverheidsonderwijs
Begroting Rekening
1948 500— 1948 1.069,06
1949 - 700— 1949 - 1.963,70
1950 - 900— 1950 - 1.710,03
1951 - 1.500
1952 - 2.000,—
Ingevolge artikel 25, 4e lid, der nijverheidsonderwijswet, moet voor leerlingen, afkomstig
uit andere gemeenten dan die, waarin de lagere nijverheidsschool is gevestigd, tenzij
aldaar een gelijksoortige inrichting van onderwijs bestaat, door de gemeente van afkomst
een bijdrage worden verleend van 20 der netto kosten, welke gemiddeld per leerling
aan die inrichting zijn ten koste gelegd. In verband met de uitgaven over de laatste jaren
geraamd op 2.000,
460 Subsidie voor scholen voor het middelbaar nijverheidsonderwijs
Begroting Rekening
1948 38.900,— 1948 39.265,—
1949 - 41.530— 1949 - 66.765,98
1950 - 54.350,— 1950 - 55.168,91
1951 - 51.750,—
1952 - 68.235,—
a. middelbare technische school61.750,
Krachtens het bepaalde in artikel 25, 3e lid, der nijverheidsonderwijswet verleent de
gemeente van vestiging een subsidie van 25 in de netto-kosten van het middelbaar
nijverheidsonderwijs.
Het voorschot op het subsidie is geraamd overeenkomstig de door het bestuur der
vereniging voor middelbaar technisch- en ambachtsonderwijs ingezonden begroting.
b. middelbare school voor scheepswerktuigkundigen (opleiding A.M.)- 5.800
c. Fryske Akademy (voortgezet bouwkunst onderwijs) - 685,
68.235,-
462 Bijdragen aan gemeenten in de kosten van scholen voor het middelbaar nijverheidsonderwijs
Begroting Rekening
1948 600— 1948 288,28
1949 - 600,— 1949 - 2.416,49
1950 - 600,— 1950 - 3.551,92
1951 - 1.500,—
1952 - 3.500,—
Voor het middelbaar nijverheidsonderwijs geldt hetzelfde als ten aanzien van het lager
nijverheidsonderwijs is opgemerkt, met dien verstande, dat hiervoor 15 van de netto-
kosten per leerling is verschuldigd.
Voor 1952 wordt 3.500,geraamd.
464 Bijdrage in de kosten van het onderwijs volgens het leerlingstelsel
Begroting Rekening
1948 500,— 1948 827,24
1949 - 500,— 1949 - 3.365,53
1950 - 500,— 1950 - 2.372,94
1951 - 2.000
1952 - 3.000,—
a. gemeenten
b. verenigingen- 3.000,
Voor 1952 wordt een bedrag van ƒ3.000,geraamd.
De bijdrage wordt verleend ingevolge artikel 39, 3e lid, der nijverheidsonderwijswet.
138
VIII 16.
16. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (niet vallende onder de 1 t/m 15).
466 Studiefonds voor begaafde kinderen van on- en minvermogende ouders
Begroting
1949 10.000
1950 - 10.000,—
1951 - 10.000,—
1952 - 10.000,—
Rekening
1949 10.000,-
1950 - 10.000,-
De middelen van het studiefonds, waarin de gemeente jaarlijks 10.000,— stort, zullen
strekken om begaafde kinderen van on- of minvermogende ouders de studie aan scholen
voor middelbaar onderwijs en dergelijke financieel mogelijk te maken.
468 Onderhoud van de sportterreinen Begroting Rekening
1948 19.348,— 1948 16.948,57
1949 - 58.170,— 1949 - 54.573,84
1950 - 41.896,— 1950 - 38.393,45
1951 - 113.920,—
1952 - 132.410
I. Fonteinstraat:
onderhoud terreinen (met grasmaaien) 750,
waterlevering- 70,
onderhoud kleedlokalen (incl. schoonmaakartikelen)- 300,
bewaking- 2.200,
herstel goalpalen enz- 300,
3.620
bedrijfskosten gemeentewerken - 820,
bijdrage aan hoofdstuk XIV van de gewone dienst wegens:
b. kapitaalslasten- 5.325,
c. overige materiële uitgaven (assurantie)- 6,
f 9 771
II. Marnixstraat: J
onderhoud terrein (met beplanting singel en grasmaaien)850,
waterlevering- 35,
onderhoud kleedlokalen (incl. schoonmaakartikelen)- 250,
onderhoud bemalingsinstallatie (met stroomverbruik)- 200,
bewaking- 1.100,
2.435,-
bedrijfskosten gemeentewerken - 550,
bijdrage aan hoofdstuk XIV van de gewone dienst wegens:
b. kapitaalslasten- 4.570,
c. overige materiële uitgaven (assurantie)- 5,
III. Cambuur: 7.560,
onderhoud terreinen goalpalen enz3.900,
beplanting (incl. loon) - 2.100,
bemesting- 800,
loon terreinknecht, vervanging en tijdelijke hulp - 3.500,
onderhoud gebouwen- 1.750,
verlichting, verwarming, water - 540,
buitengewone werkzaamheden: ƒ12.590,
omrastering speelvelden herstellen en vernieuwen- 2.000,
2.000,—
bedrijfskosten gemeentewerken - 3.365,
bijdrage aan hoofdstuk XIV van de gewone dienst wegens:
b. kapitaalslasten-21.035,
c. overige materiële uitgaven (belasting en assurantie)- 240,
39.230,—
transporteren 56.561,
139