No. 118. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUW ARDEN Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 Januari 1952 (bijlage no. 4); BESLUIT I. de partiële herziening van het uitbreidingsplan in onder delen der gemeente leeuwarderadeel, betrekking hebbende op gronden, gelegen tussen de Aert van der Neerstraat, de dHondecoeterstraat en de Frans van Mierisstraat, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 Februari 1950, no. 913 en goedgekeurd door de gedeputeerde staten van Fries land bij besluit van 20 Maart 1950, no. 151» te herzien overeenkomstig de bij dit besluit behorende tekeningen; II. vast te stellen de bij^de onder I vermelde herziening behorende en daarmede één geheel vormende bebouwingsvoor schriften. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van voorzitter. secretaris. Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1952. BIJIAGE NO. 5. ITo. 120 Leeuwarden, 4 Januari 1 952. Aan de Gemeenteraad. Uiteraard moet in de tegenwoordige omstandigheden bij het ontwerpen van bouwplannen steeds getracht worden de bouw kosten zo laag mogelijk te houden. Dit dwingt de ontwerpers van bouwplannen en ook de gemeente er toe elke mogelijkheid aan te grijpen, die met behoud van voldoende waarborgen voor een degelijke constructie kan leiden tot besparing van kosten. Het is thans gebleken, dat het mogelijk is de eisen, die de bouwverordening stelt met betrekking tot het verwijderen van water en vuil zodanig te wijzigen, dat op dit onderdeel een besparing kan worden verkregen, zonder dat de deugdelijkheid of de doelmatigheid van de voorzieningen in ernstige mate wor den aangetast. Zonder bezwaar kan bij voorbeeld^worden toege staan, dat het spoelwater en de faecalié'n door één leiding naar de septic-tank worden afgevoerd en kan de diameter van enkele afvoerbuizen worden verkleind. Ook ontmoet het geen be zwaar, dat de grondleiding voor het afvoeren van faecaliën, voor zover deze zich buitenshuis bevindt, wordt gemaakt van gresbuizen. In verband hiermede hebben burgemeester en wethouders ons verzocht een wijziging van de in deze gemeente geldende bouw verordeningen te ontwerpen, aan welk verzoek wij hebben vol daan. Tevens hebben zij ons verzocht na te gaan, welke wijzigin gen in de bouwverordening moeten worden aangebracht, om het oprichten van antennes voor het ontvangen van televisie-uit zendingen aan een bouwvergunning te binden. De televisie be gint namelijk een steeds grotere plaats in ons land in te ne men en verwacht kan worden, dat het aantal personen, dat in de Romende jaren een televisietoestel aan zal schaffen, aanzien lijk zal stijgen. In verband daarmede is het wenselijk een ze ker toezicht op het oprichten van de hoge en vaak ontsierende antennes tot stand te brengen, zodat tegen excessen op dit ge- ïed kan worden opgetreden. Dit kan op betrekkelijk eenvoudige ij'ijze bereikt worden door het begrip "bouwen" in artikel 2, j. 4van de bouwverordening voor de gemeente Leeuwarden uit j-e oreiden met! antennes voor het ontvangen van televisie, te bouwverordening voor de gemeente Leeuwarderadeel eist voor vov °Pri°hten van een antenne reeds een vergunning, zodat deze erordening op dit punt geen wijziging behoeft. Op grond van het vorenstaande bieden wij U bijgaand ontwerp- «siuit ter behandeling aan. De Voorzitter van de commissie voor de strafve-r&rdeningsn A.A.M. van der Meulen. '-rzonden 5 januari 1 952.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1952 | | pagina 317