De in totaal ten laste van de gemeente komende rente,
hierbij in aanmerking genomen de rente van eigen kapitaal,
reserves e.d., wordt tegen een gemiddeld percentage, voor
1 952 aangehouden op 4 over de verschillende nog niet
afgeschreven activa - waaronder de investeringen bij de
bedrijven - omgeslagen.
Ten einde voor het verkrijgen van een duidelijk in
zicht het aantal begrotingsposten per hoofdstuk zoveel moge
lijk te beperken, zijn de op elk hoofdstuk voorkomende con
tributies, subsidies, e.d. in één post samengevoegd, uiter
aard in de memorie van toelichting nader gespecificeerd.
Met de hiervoren in grove trekken vermelde administra
tieve wijzigingen is bereikt, dat tot het instellen van een
afzonderlijk lenings- of financieringsfonds, zoals in ver
schillende gemeenten heeft plaats gevonden, niet behoeft te
worden overgegaan. Werd tot dusver veelal direct verband
gelegd tussen de levensduur van de activa en de looptijd van
de ter financiering hiervan gesloten geldleningen, aangezien
de als afschrijving fungerende aflossing ten laste van de
gewone dienst werd gebracht, dit verband is thans verbroken,
al moet dan uiteraard bij het sluiten van leningen de liqui
diteit niet uit het oog worden verloren.
Het behoeft zeker geen betoog, dat de bij het aanbieden
van de begroting voor 1951 vermelde onzekere factoren, die
het opstellen van een financieel werkplan niet eenvoudig ma
ken, ook thans nog aanwezig zijn.
Bij verschillende uitgaven valt een stijging, zij het
niet overal in gelijke mate, te constateren, terwijl ander
zijds aan het opnemen van nieuwe posten niet is te ontkomen.
De in het afgelopen jaar geleidelijk gestegen rentestand,
zowel voor langlopend, als voor kort crediet, heeft een niet
onbelangrijke stijging van kosten meegebracht. Al is de^vlot
tende schuld van de gemeente ten gevolge van de uitvoering
van de U bekende grote kapitaalswerken in de loop van het af
gelopen jaar sterk gestegen, vergeleken bij de stijging van
de vlottende schuld van alle gemeenten tezamen, is de stij
ging in onze gemeente zeker niet ongunstig, zoals blijkt uit
het hierna volgende overzicht.
Leeuwarden
in mill
1948=1 00
in mill
guldens
guldens
1
Jan. 1948
6,95
100
468
1
Jan. 1949
7,10
1 02
472
1
Jan. 1950
5,64
81
535
1
Jan. 1951
5,77
83
652
1
Juli 1951
9,58
138
918
1
Oct. 1951
1 0,03
144
1 070
Alle gemeenten tezamen
1 948=1 00
100
101
115
140
196
229
De totale investeringen, op staat I II gespecificeerd,
7 J- -
worden aan het eind van het dienstjaar als
woningbouw
straten, havens, enz
onderwijs en sport
takken van dienst
overige objecten
volgt geraamd:
21.525.775,-
4.121 .130,-
3.362.005,-
15.586.095,"
2.81 0.070,"
transporteren f. 47.4-05.075,
transport
In 1952 uit te voeren werken, nog niet in
de begroting opgenomen:
woningbouw f. 3.900.000,-
uitbreiding begraafplaats
(genoemd bij de post "on
voorziene uitgaven") 765.000,-
bouw bijzondere school
(alsvoren) 200.000,-
aanleg Harlingerplein en
verbetering Har linger-
straatweg 500.000,-
havenplannen Sneekertrek-
vaart en aanleg weg) 223.000,-
doortrekken Valerius-
straat 50.000,-
herstellen walmuren Vliet
en Tuinen en verbetering
lontjepijp 155.000,-
takken van dienst 865.025,-
f. 47.405.075,-
6.658.025,-
f. 54.063.1 00,-
De financiering van deze investeringen wordt als volgt
raamd
geldleningen:
obligatieleningen f.
onderhandse geldlenin
gen
rijksvoorschotten
reserves gemeentefonds:
1948 (ter toevoeging aan
de algemene reserve)
1 949 (voor afschrijving
op werkverruimingsobjec
ten)
5.395.500,-
21 227 01 2 25
3 09281 607
f
752.091 ,37
883.997,14
8igen kapitaal en reserves
van rijkswege te verstrekken kapitaal voor
financiering van werkverruimingsobjecten
vlottende schuld per einde 1 952
f. 29.715.328,32
1.636.088,51
4.489.020,-
809.002,86
1 7.413.660,31
f. 54-063.1 00,-
Zinanciële verhouding
-°e aanbieding van de begroting heeft ten aanzien
vol financiële verhouding tussen Rijk en gemeente tot ge-
°ig, dat momenteel bekend is, met welke zilveren koorden de
gemeente voor 1 952 met het Rijk is verbonden. Immers eerst
ij de wet van 24 Januari 1952, Staatsblad no. 39, is de ver-
nging yan de wet op de financiële verhouding voor de jaren
e?5^2 tot stand gekomen. De noodvoorziening voor de
de 2 1en 1950 is dus met twee jaren verlengd. In
Fins* - Kamer der Staten-Oeneraal heeft de Minister van
len medegedeeld, dat het hem niet wel mogelijk lijkt