arcerin kaar"fc is ontworpen bebouwing aangegeven met kruis je daar?rLl°Ar 5ebouwinS komen in de eerste plaats in aanmerking Saarnaa=?t°r. 1?es"fcemde gronden, gelegen in de wijken I, IV en VII. De bebo™onSetwijfeld ook bebouwing plaats vinden in wijk II. 4ersvvnniy,ln® ^-eze wijken zal in hoofdzaak bestaan uit arbei- ngen en middenstandswoningen. "Zo-" TOELICHTING, behorende bij het uitbreidingsplan in onder delen voor de gronden,gelegen tussen het. Vliet, de Gro ningerstraatweg en ten oosten van de Poppeweg, de Archi- pelweg en het verlengde daarvan. Algemene beschouwingen. De goedgekeurde uitbreidingsplannen voor dit stadsdeel warden vastgesteld bij besluiten van 22 Eebruari 1959 en 2 Juli 194-2. In deze plannen werd bijna uitsluitend bouw van eengezinswoninger toe gepast. Leze bouwwijze kan thans niet meer geheel worden gevoügd. Le heersende financiële moeilijkheden maken het noodzakelijk ce stichtingskosten van de woningen zo laag mogelijk te houden. Jan- gezien de kosten van de grond een belangrijk deel van de sticl- tingskosten uitmaken, is het van belang deze grondkosten, met inbegrip van de daarbij behorende openbare werken, zo dicht mogelijk te houden bij de normen, die het Rijk toelaatbaar acht. Le bebouwingsdichtheid van een plan is hierop uiteraard van ir- vloed. Hier komt bij, dat voor uitbreiding van de gemeente gebrul moet worden gemaakt van cultuurgrond. Met het oog op de waarde, die deze grond heeft voor landbouw en veeteelt, zal steeds eer zo economisch mogelijk gebruik moeten worden gemaakt van de be schikbare bouwgrond. Verder is het ook om aesthetische redenen wenselijk niet lin ger vast te houden aan de bouw van uitsluitend eengezinswoningen. In dit verband kan warden gewezen op het gevaar, dat gelegen i: in een zekere eentonigheid, zoals deze bijvoorbeeld valt waar He nemen in enkele na de eerste wereldoorlog tot stand gekomen wij- ken. Le samenstelling van de bevolking,zoals die onder meer blijkt uit de gehouden woning- en gezinstelling 1947, is voorts een aan wijzing voor een zo groot mogelijke differentiatie in de woning typen, teneinde een zo efficient mogelijke besteding van het be schikbare bouwvolume te verkrijgen. Men komt dan behalve tot een gezinshuizen en boven- en benedenwoningen tot woongebouwen van bijzondere aard en deze gebouwen (voor alleen-wenenden, onvolle dige gezinnen, ouden van dagen e.d.brengen de zozeer gewenste afwisseling in een stadsplan. Een vrij groot percentage van de bebouwing zal dus in woong- bouwen van meer dan 2 woonlagen moeten worden uitgevoerd, b.v. langs de zeer brede wegen, met name de z.g. stadsautoweg en de Groningerstraatweg. Met het oog op een grotere verscheidenheid in de woninggrootte is naast de grote variatie in de woningt;Fe-- per bouwblok aan enkele blokken van 3 woonlagen nog een vierde, bestaande uit woningen voor zeer kleine gezinnen of alleenwone^ den, toegevoegd. Leze 4e woonlaag zal een geringere diepte kun nen hebben dan de daaronder gelegen woonlagen, zodat aan twee zijden een ruim dakterras zal overblijven. hoeere Ook andere overwegingen hebben er toe geleid, dat tot ~L bebouwing incest worden overgegaan. lage bebouwing stelt gas- - electriciteitbedrijfwaterleiding en telefoondienst voor a leg van belangrijk langere leidingen. Het benodigde opperv aan straten wordt groter en daardoor worden aanleg en 0 er* ch-t- duurder. Le openbare verlichting zal bij lagere bebouwing meer punten vergen dan bij verdiepingbouw en dus ook meer s^roomr'r Al deze kwesties pleiten alzo voor een ruimere toepassing hogere bouw dan voorheen, mits voldoende differentiatie va woningen in de stadswijk wordt gehandhaafd. te ontwerpen van woonhuizen in enige woonlagen, terwijl langs het plein eveneens bijzondere gebouwen zullen dienen te worden toegelaten. 3e. De hoofduitvalsweg naar het noorden, te weten de rï." P'. J."Troelstraweg. Hoewel van minder betekenis dan de Harlingerstraatweg, is het verkeer in noordelijke richting nog altijd aanzienlijk. Op het kruispunt ringweg - Kr. P.J. Troelstraweg ligt het Valeriusplein. 4e. De weg naar Lekkum. Een minder belangrijke weg is de weg naar Lekkum en verder. Hoewel in de toekomst Lekkum zich als een forensen-dorp zal kun nen ontwikkelen (lagere grondprijzen), waardoor de weg in beteke nis zal toenemen, is deze meer te beschouwen als een z.g. streek- weg. Deze weg zal in de naaste toekomst moeten worden verbeterd, aangezien de breedte en de aard en toestand van het wegdek niet meer aan redelijke eisen voldoen. 5e. De hcofduitvalsweg naar het oosten, te weten de Groninger straatweg. Als verbindingsweg tussen de hoofdsteden der noordelijkste pro vinciën en als onderdeel van de Rijkswegen Amsterdam-Groningen is deze weg van grote betekenis. Voor zover deze weg in de be bouwde kom ligt, zal dit gedeelte de bestemming van weg voor het doorgaande verkeer grotendeels verliezen, wanneer de autoweg noordelijk cm de stad tot stand komt. Indeling van Door het hierboven omschreven wegenstelsel het stadsplan. wordt de stad als volgt in grote gebieden (wij ken) onderverdeeld: 0. het oude centrum binnen de grachten; (Iseuwarden-ZuidI. tusser Overijsselsestraatweg, Aran Harinxma- kans a, spoorlijn naar Zwolle, emplacement der N.S. II. tussen Overijsselsestraatweg, Van Harinxma- kanaal, Tijnje en de spoorlijn naar Gronin gen; '-Leeuwarden-'-'estIII, tussen Harlingerstraatweg, spoorlijn naar Stiens, Harlingertrekvaart en de westelij ke stadsgracht; IV. tussen Harlingerstraatweg, spoorlijn naar Stiens, Schapendijkje en de Kr. P.J.Troel straweg r. tussen de Kr. P.J. Troelstraweg, de stads gracht en de Dokkumer Ee VI. tussen Dokkumer Ee, de stadsgracht en de Groningerstraatweg '-.e®;arden-Oost) VII. tussen Groningerstraatweg, de stadsgracht en de spoorlijn naar Groningen. We„ vfze stadswijken worden doorsneden door de ringweg als hoofd- - voorts door meer secundaire wegen. Egt Wonen (Leeuwarden-Noord)

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1952 | | pagina 455