m jzmrnmMi ui.tmiMf1 -1 a» ss* 8 uren per week van de normale werktijd, met behoud van loon, I gelegenheid gegeven de lessen te volgen in inrichtingen van godsdienst-, voortgezet, herhalings- of vakonderwijs, voor zover aan de ambtenaar zulk onderwijs niet vanwege het dienst vak, waarbij hij werkzaam is, wordt gegeven. 2. De ambtenaar is, indien Burgemeester en Wethouders dit bepalen, verplicht zich voor een bijzondere vakopleiding be schikbaar te stellen of enig ander onderwijs te volgen, Be daaraan verbonden kosten komen ten laste van de gemeente. Artikel 84. Aan de vrouwelijke ambtenaar, die een borstkind heeft en hiervan aan het hoofd van dienst heeft kennis gegeven, wordt gelegenheid gegeven haar kind te zogen. Artikel 85. 1 Aan de ambtenaar kan door of namens Burgemeester en Wet houders de toegang tot de dienstlokalendienstgebouwen of het werk, dan wel het verblijf aldaar, worden ontzegd. 2. Hij is verplicht zich te gedragen naar de maatregelen vac orde, die ten aanzien van het verblijf aldaar zijn vastgestelil 3. Hij is verplicht zich te onderwerpen aan een door of na mens Burgemeester en Wethouders gelast onderzoek aan zijn li chaam of van zijn kleding of van zijn aldaar aanwezige goede ren. Degene, op wiens last het onderzoek plaats heeft, neemt de nodige maatregelen, ten einde daarbij niet redelijke en niet behoorlijke bejegening te voorkomen. Artikel 86. Het is de ambtenaar verboden gedurende de werktijd alcohol houdende dranken te gebruiken, bij zich te hebben of in de dienstlokalen te bewaren. Artikel 87. 1De ambtenaar kan wegens buitengewone toewijding, bijzon dere loffelijke dienstverrichting en ambtsjubilea overeenkom stig de volgende leden worden beloond. 2. De beloningen zijn bij buitengewone toewijding en bij bijzonder loffelijke dienstverrichting: a. tevredenheidsbetuiging; b. extra verlof; c. gratificatie; d. buitengewone verhoging van bezoldiging, op de voet van de in artikel 16 bedoelde verordening. 3. De beloning is bij 25-, 40- of 50-jarige diensttijd in overheidsdienst een gratificatie gelijk aan een bedrag over eenkomende met het salaris onderscheidenlijk over en 1 HOOFDSTUK VIII Diciplinaire straffen Artikel 88. 1. De ambtenaar, die de hem opgelegde verplichtingen niet -T komt of zich overigens aan plichtsverzuim schuldig maakt dan bij herhaling aanleiding geeft tot toepassing te zijnen aanz: van maatregelen van inhouding, beslag of korting, als bedoel® in de derde titel der Ambtenarenwet 1929, kan deswege dicipi-" nair worden gestraft. "2. i' v, A v t' i 'vCi Wk b 2. Plichtsverzuim omvat zowel het overtreden van enig voor schrift als het doen of nalaten van iets, hetwelk een goed ambtenaar in gelijke omstandigheden behoort na te laten of te doen. Artikel 89. 1. De diciplinaire straffen, welke kunnen worden toegepast, zijn: schriftelijke berisping; buitengewone dienst, op andere dagen dan Zondag en de voor de ambtenaar geldende kerkelijke feestdagen, zonder beloning of tegen een lagere dan de normale beloning; c. beperking van het recht op een jaarlijks vacantieverlof d. geldboete; e. niet-betaling van de gehele of van een deel der bezoldiging; f. terugzetting in bezoldiging of stilstand van periodieke ver hoging van bezoldiging; g. verplaatsing naar een ander dienstvak of onderdeel daarvan; h. uitsluiting van bevordering; i. terugzetting in een ambt van lagere rang, al of niet voor een bepaalde tijd en met of zonder vermindering van bezol diging; j. schorsing voor een bepaalde tijd zonder of met gedeeltelijk genot van bezoldiging; k, ongevraagd eervol ontslag; 1. ongevraagd ontslag. 2. De straffen, hiervoren bedoeld onder a en b, worden opge legd door het hoofd van dienst of door Burgemeester en Wet houders; de straffen, hiervoren bedoeld onder c tot en met h, worden opgelegd door Burgemeester en Wethouders; de straffen, bedoeld onder i tot en met 1, worden opgelegd door het gezag, Sat bevoegd is tot aanstelling in het ambt, laatstelijk door de ambtenaar bekleed. n 3. De toepassing van de in het vorige lid, onder b, c, d, e, i en h, genoemde straffen geschiedt met inachtneming van het navolgende l0, buitengewone dienst wordt opgelegd voor ten hoogste 6 uren met een maximum van 3 uren per dag; 2°. beperking van het recht op een jaarlijkse vacantie kan ge schieden tot de helft van het aantal dagen; 5°. geldboete bedraagt ten hoogste 1 fo van het bedrag der jaar lijkse bezoldiging; 4°. niet-betaling van de gehele of van een deel der bezoldiging geschiedt tot een bedrag van ten hoogste één maand bezol- diging; terugzetting in bezoldiging geschiedt voor ten hoogste het c bedrag van de laatste 2 periodieke verhogingen; stilstand van periodieke verhoging van bezoldiging ge- 70 Sc^dedt voor niet langer dan 4 jaren; uitsluiting van bevordering geschiedt voor niet langer dan 4 jaren. 4. Bij het opleggen van een straf kan worden bepaald, dat 2 niet ten uitvoer zal worden gelegd, indien betrokkene zich sêaurende de bij het opleggen van de straf te bepalen termijn tet schuldig maakt aan soortgelijk plichtsverzuim, als waar- r°?r de bestraffing plaats vindtnoch aan enig ander ernstig Plichtsverzuim en zich houdt aan bij het opleggen van de straf entueel te stellen bijzondere voorwaarden. "Ar-" -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1952 | | pagina 562