INKOMSTEN. GEWONE DIENST. HOOFDSTUK I. Vroegere diensten. Batig slot van de gewone dienst der rekening over het vorige dienstjaar In de bij koninklijk besluit van 6 Mei 1949 (St.blad 1949, nr. J. 195) gewijzigde begro- tings- en rekeningsvoorschriften 1931 is onder meer bepaald, dat het slot, dat de rekening op de gewone dienst aanwijst, wordt overgebracht naar hoofdstuk I van de gewone dienst van het onmiddellijk daarop volgend dienstjaar en dat voorts het netto saldo van de dienst (d.w.z. het slot van de rekening vermeerderd of verminderd met de geraamde achterstallige inkomsten en uitgaven) wordt gebracht naar hoofdstuk I van de kapitaaldienst. Aangezien bij de samenstelling van de begroting voor 1952 niet valt te zeggen hoe de uitkomsten van de dienst 1951 zullen zijn, wordt deze post voor memorie uitgetrokken. Bijdrage van hoofdstuk 1 van de kapitaaldienst tot voorlopige dekking van het netto nadelige saldo van de gewone dienst van het vorige dienstjaar Zie de toelichting onder volgnummer 1. Achterstallige inkomsten van vorige dienstjaren Zie de toelichting onder volgnummer 1. HOOFDSTUK II. Algemeen beheer. Uitkering int het gemeentefonds, bedoeld in artikel 2, onder a, der wet van 15 Juli ig2g, S- 38S) sedert gewijzigd jaarwedden-uitkering Begroting 1948 3.000— 1948 1949 - 4.500,— 1949 1950 - 4.500,— 1950 1951 - 4.500 1952 - 4.500,— Ingevolge het bepaalde in artikel 2 van bovengenoemde wet ontvangt de gemeente een uitkering van 4500,in de kosten van de jaarwedden van de burgemeester en secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1952 | | pagina 62