voor stadsuitbreiding in gebruik behoeft te worden genomen.
Op grond van het vorenstaande geven wij u in overweging
te besluiten overeenkomstig het hierbij overgelegde ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
T.Bakker, Secretaris.
Verzonden op 24 Juni 1953.
No. 6592.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
18 Juni 1953 (bijlage no. 123);
BESLUIT;
de gemeente koopt van M.Rinsma, Aan de Potmarge, alhier, de
percelen, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G,
nos. 14043 en 13698, groot 1.06.10 ha, respectievelijk
1.78.45 ha, met de daarop staande woning, houten noodwoning,
warenhuis en twee tuindershutten en met inbegrip van 700
platglasramen met bijbehorende betonribben en liggers, pl.m.
3OOO bessenstruiken, pl.m. 1000 rabarberplanten en 650
vruchtbomen, voor een koopscm van in totaal f. 55.000,- en
onder de volgende voorwaarden;
1de kosten van overdracht, met inbegrip van een makelaars
provisie van komen voor rekening van de gemeente Leeu
warden;
2. het gekochte wordt overgedragen met alles wat daarop of
daarin aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienst
baarheden en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij
van hypotheek;
3. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de
akte van overdracht;
4. indien de levering geschiedt vcdr 1 November 1953? wordt
op de koopsom in mindering gebracht een rente, berekend
naar 4$ per jaar van f. 55.000?-, over het tijdvak van de
dag van levering tot 1 November 1 953;
5. in het onder punt 4 vermelde geval behoudt de verkoper het
genot van het verkochte tot 1 November 1 953 zonder daar
voor pacht aan de gemeente verschuldigd te zijn, met dien
verstande, dat alle lasten van het gekochte in dat geval
tot 1 November 1953 voor rekening van de verkoper blijven;
6. de verkoper verkrijgt het recht de op het perceel no. 1 4043
staande woning na 1 November 1 953 "te blijven bewonen, zo
lang bewoning van dit pand mogelijk is en hij geen andere,
hem passendewoonruimte kan verkrijgen; gedurende deze tijd
verplicht hij zich aan de gemeente een huur te betalen, ge
lijk aan het bedrag, dat de huuradviescommissie in het res
sort Leeuwarden billijk acht;
7. de overdragende partij is tot geen andere vrijwaring gehou
den dan tot die wegens uitwinning;
8. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ont
binding, als bedoeld in de artikelen 1302 en I3O3 van het
burgerlijk wetboek;
de onder I bedoelde percelen worden ondergebracht in het ge
meentelijk grondbedrijf.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.