Ho8251
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
6 Augustus 1953 (bijlage no. 166);
Gelet op de artikelen 170 en 228 der gemeentewet;
BESLUIT
met de Nutsspaarbank te Haarlem, gevestigd te Haarlem, hierna
genoemd de Spaarbank, per 1 December 1953 een geldlening aan te
gaan tot een bedrag van f. 250.000,- (tweehonderd vijftig dui
zend gulden), tegen een koers van 100 onder de volgende voor
waarden:
1. De Spaarbank zal het bedrag der geldlening ad f. 250.000,-
(tweehonderd vijftig duizend gulden) tegen de parikoers ver
strekken op 1 December 1 953 -
2. De Gemeente zal, ingaande 1 December 1953? tot en met de dag
der algehele aflossing over het onafgeloste bedrag van de ge
leende hoofdsom rente betalen ad 32" (drie en een half ten
honderd) per jaar. De rente zal halfjaarlijks zijn te voldoen
en wel op 1 Juni en 1 December van ieder jaar. De eerste ren
tebetaling geschiedt over het tijdvak van 1 December 1953 tot
I Juni 1 954 en is te voldoen op laatstgenoemde datum.
5. Op de geleende hoofdsom, groot f. 250.000,- (tweehonderd vijf
tig duizend gulden) zal worden terugbetaald in de jaren 1954
tot en met 1993 telkens f. 6.250,- per jaar. De aflossingen
zullen geschieden op 1 December van de betreffende jaren, de
eerste aflossing zal derhalve plaats vinden op 1 December 1954.
4. Yoor 1 December 1963 zal de Gemeente niet meer dan de in
art. 3 genoemde jaarlijkse bedragen mogen aflossen en is ver
sterkte aflossing of conversie dus uitgesloten. Op of na 1 De
cember 1963 tot 1 December 1968 heeft de Gemeente het recht,
met inachtneming van een opzeggingstermijn van drie maanden
en alleen op de aflossingsverschijndagen,meer dan de in arti
kel 3 genoemde jaarlijkse bedragen af te lossen of wel tot
gehele aflossing over te gaan, doch moet zij, wanneer van dit
recht gebruik wordt gemaakt, over en tegelijk met hetgeen bo
ven de in art. 3 genoemde bedragen wordt afgelost I2" extra
betalen. Op of na 1 December 1968 heeft de geldneemster het
recht, met inachtneming van een opzeggingstermijn van drie
maanden en alleen op de aflossingsverschijndagen, meer dan
de in artikel 3 genoemde jaarlijkse bedragen af te lossen of
wel tot gehele aflossing over te gaan, doch moet zij, wanneer
van dit recht gebruik gemaakt wordt, over en tegelijk met het
geen boven de in art. 3 genoemde bedragen wordt afgelost 1
extra betalen.
5. Alle belastingen, waarmede de betaling van rente mocht worden
getroffen, komen ten laste van de Gemeente, behoudens het sub
II bepaalde.
6. De'betaling van hoofdscm en rente zal geschieden vrij en kos
teloos, zonder korting of schuldvergelijking, ten hoofdkan-
tore van de Spaarbank of op de door haar hier te lande aan te
wijzen betalingsplaats. Wanneer binnen acht dagen na de ver
valdag het bedrag der rente en/of aflossing niet is voldaan,
vermeerdert de op die dag niet betaalde som met een boete
voor elke dag verzuim, berekend naar 6 !s jaars (36O dagen),
dat de rente en/of aflossing te laat is/zijn betaald, alles
"on-"