leu over hun belangen te worden gehoord,
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regelen geven
met betrekking tot de werkwijze der commissie.
Artikel 4.
Een aanvraag om een bedrijfsvergunning en een verzoek om
verlenging, overdracht, wijziging of intrekking van een be-
drijfsvergunning moet schriftelijk bij burgemeester en wethou
ders worden ingediend met gebruikmaking van een formulier,
waarvan het model door burgemeester en wethouders is vastge
steld.
Artikel 5
1Een bedrijfsvergunning wordt verstrekt voor ten hoog
ste vijf jaren en kan telkens voor ten hoogste vijf jaren wor
den verlengd. Zij wordt gesteld ten name van de ondernemer. In
de vergunning worden het kantoor, de stalling en de terreinen
van het bedrijf aangeduid.
2. Burgemeester en wethouders kunnen aan de bedrijfsver
gunning voorwaarden verbinden.
Artikel 6.
1 Behalve in de gevallen, omschreven in artikel 47, eer
ste lid der wet,..zijn burgemeester en wethouders tevens be
voegd, de bedrijfsvergunning ambtshalve in te trekken, indien
de houder dier vergunning een of meer voorwaarden, waaronder
de bedrijfsvergunning is verleend, niet naleeft.
2. De intrekking wordt onverwijld op de gebruikelijke wij
ze openbaar gemaakt en in afschrift medegedeeld aan de Rijks
inspecteur van het verkeer in het district Eriesland.
Artikel 7-
De beslissingen van burgemeester en wethouders betreffende
het verlenen, weigeren, verlengen, overdragen, wijzigen en in
trekken van een bedrijfsvergunning zijn met redenen omkleed.
Artikel 8.
1 Ba het overlijden van de houder van een bedrijfsvergun
ning kan het vervoer voorlopig worden voortgezet. Burgemeester
en wethouders kunnen de voorlopige voortzetting te allen tijde
verbieden.
2. Op schriftelijk verzoek van één of meer der erven, bin
nen een maand na het overlijden in te dienen, kunnen burgemees
ter en wethouders toestemming geven tot verdere voortzetting
van het vervoer over een tijdvak tot ten hoogste acht maanden
na het overlijden. In de toestemming worden eén of meer perso
nen aangewezen, die tot de verdere voortzetting bevoegd zijn.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de toestemming voorwaar
den verbinden en de toestemming te allen tijde intrekken.
3. Ten aanzien van de voorlopige en de verdere voortzet
ting van het vervoer geldt, dat de met betrekking tot de be
dri jfsvergunningen bij of krachtens de wet gegeven voorschrif
ten en de voorwaarden van de in het eerste lid bedoelde be
dri jfsvergunning, voor zover van deze voorwaarden bij de toe
stemming tot de verdere voortzetting van het vervoer niet is
afgeweken, in acht worden genomen. Voorts treden in de plaats
van de ondernemer, te wiens name de vergunning is gesteld, de
persoon of de personen, die -in het geval van de voorlopige
voortzetting- de feitelijke leiding over het bedrijf hebben, en die
-in het geval van de verdere voortzetting- in de toestemming
"van"
van burgemeester en wethouders zijn aangewezen.
4. De bevoegdheid tot voortzetting van het vervoer vervalts
a. een maand na het overlijden, indien binnen de in het tweede
lid gestelde termijn geen verzoek is ingediend;
b. op het tijdstip, met ingang waarvan de voorlopige voortzet
ting krachtens het eerste lid is verboden;
c. na het verstrijken van het tijdvak, waarover toestemming tot
verdere voortzetting van het vervoer is verleend;
d. op het tijdstip, waarop het verzoek tot verdere voortzetting
van het vervoer is afgewezen dan wel waarop de toestemming
is ingetrokken;
e. met ingang van de dag, waarop ten aanzien van hetzelfde
huurautobedrijf een nieuwe bedrijfsvergunning van kracht
wordt
Artikel 9.
1Het is de houder van een bedrijfsvergunning verboden;
a. een huurauto, welke in het huurautoregister dezer gemeente
staat ingeschreven, voor het vervoer van personen te doen
besturen door een persoon, die niet in het bezit is van
een geldige bestuurdersvergunning
b. een huurauto, als bedoeld onder a, aan derden, in welke vorm
ook, ten gebruike af te staan.
2. Burgemeester en wethouders kunnen van het bepaalde in
het eerste lid ontheffing verlenen.
Artikel 10.
1 De houder van een bedrijfsvergunning moet ten genoegen
van burgemeester en wethouders doorlopend de beschikking heb
ben over een stalling van zodanige grootte, dat alle in zijn
bedrijf gebezigde huurauto's daarin kunnen worden onderge
bracht
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd van het bepaal
de in het eerste lid ontheffing te verlenen.
Artikel 11
1 Het is verboden met een huurauto andere personen te
vervoeren dan die, welke zich aanmelden bij of doen afhalen na
bestelling aan het kantoor, de stalling of de terreinen, ver
meld in de bedrijfsvergunning, dan wel met een huurauto elders
standplaats in te nemen met het kennelijk doel een aanmelding
of bestelling tot vervoer van personen aan te nemen of de huur
auto te huur of ten gebruike aan te bieden.
2. Het verbod, bedoeld in het eerste lid, is niet van toe
passing, voor zover gehandeld wordt krachtens een door burge
meester en wethouders verleende schriftelijke vergunning en de
daarbij gestelde voorwaarden in acht worden genomen. Een ver
zoek om een zodanige vergunning moet schriftelijk bij burgemees
ter en wethouders worden ingediend.
3. Een vergunning, als bedoeld in het vorige lid, kan te
allen tijde door burgemeester en wethouders worden gewijzigd of
ingetrokken.
4. De beslissingen van burgemeester en wethouders betref
fende het verlenen, weigeren, wijzigen en intrekken van een
vergunning, als bedoeld in het tweede lid, zijn met redenen om
kleed en worden op de gebruikelijke wijze openbaar gemaakt. Te
gen een zodanige beslissing kunnen belanghebbenden binnen veer
tien dagen na de openbaarmaking beroep instellen bij de gemeente
raad
"5."
-3-