No. 13372.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
10 December 1953 (bijlage no. 242)
Gelet op de artikelen 170 en 228, sub a der Gemeentewet;
BESLUIT
met één of meer bij de Coöperatieve Vereeniging "Centraal Be
heer" G.A. te Amsterdam, in administratie zijnde Fondsen een
geldlening aan te gaan tot een bedrag van f. 1.000.000,--
(één millioen gulden), onder de volgende voorwaarden:
1. geldgeefster verbindt zich aande Gemeente te verstrekken
een som van f. 1.000.000,-- (één millioen gulden);
2. geldgeefster verbindt zich om het bedrag der geldlening aan
de Gemeente te voldoen op 1 Mei 1954, tegen een koers van
100 alzo tot een netto bedrag van f. 1.000.000,-- (één mil
lioen gulden) door storting bij de Amsterdamsche Bank N.V.
te Amsterdam, op rekening van de aldaar gehouden rekening van
de Coöperatieve Zuivelbank te Leeuwarden ten gunste van de
Geme ente
3. De Gemeente verbindt zich om:
a. over het onafgeloste bedrag der geldlening een rente te be
talen berekend naar 3 7/16 per jaar, vervallende in half
jaarlijkse termijnen, telkens op 1 Mei en 1 November, voor
het eerst op 1 November 1954, over het alsdan verschenen
tijdvak, te rekenen vanaf 1 Mei 1954;
b. jaarlijks op deze lening af te lossen, t.w.in de jaren
1955 tot en met 1994 telkens f. 25.000,-- per jaar, telkens
op 1 Mei van elk jaar, voor het eerst op 1 Mei 1955, voor
het laatst op 1 Mei 1994
4. Versterkte aflossing zal vóór 1 Mei 1964 niet mogen plaats
hebben. Op of na 1 Mei 1964 heeft de Gemeente uitsluitend op
de aflossingsverschijndata het recht tot versterkte aflossing
over te gaan, mits van haar voornemen tenminste drie maanden
tevoren schriftelijk wordt kennis gegeven, met vermelding van
het juiste bedrag der aflossing.
5. De Gemeente zal tegelijk met en over het bedrag, dat zij af
lost boven het sub 3b bepaalde aan geldgeefster een boete ver
schuldigd zijn van I2 indien zij van haar bevoegdheid sub 4
gebruik maakt voor 1 Mei 1969 en een boete van 1 indien zij
van deze bevoegdheid daarna gebruik maakt.
6. Alle betalingen van rente en/of aflossing zullen zonder kosten
voor geldgeefster worden gedaan te zodaniger plaatse als door
geldgeefster tijdig zal worden opgegeven, terwijl geen kwij
ting zal worden gevorderd, voor en aleer de verschuldigde be
dragen in het bezit van geldgeefster zijn of op de door haar
aangegeven plaats gestort zijn.
7. Indien enige termijn van rente en/of aflossing niet op de ver
schijndag als boven omschreven mocht zijn betaald, of de Ge
meente enige andere verplichting voor haar uit deze overeen
komst voortvloeiende niet stipt nakomtdan wordt al het ver
schuldigde terstond en ineens opvorderbaarDe Gemeente zal
ingebreke zijn door het enkel verloop van de bepaalde termijn,
zonder ingebrekestelling. Van de dag af waarop de Gemeente
ingebreke is tot die van de betaling zal door de Gemeente een
vergoeding van zes procent per jaar verschuldigd zijn, over
al hetgeen zij alsdan ingevolge deze overeenkomst verschuldigd
is. De geldgeefster blijft daarenboven geheel vrij, indien
enige voor rente en/of aflossing verschuldigde som niet op de
daar-"