Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949. Daar alhier geen openbare gelijksoortige school bestaat,moet ingevolge arti kel 34,4e lidvan dit besluit,de gemeenteraad vóór 1 Maart van elk jaar het bedrag bepalen, dat per leerling voor de bijzondere scholen in het jaar, waarvoor de begroting geldt, als vergoeding beschikbaar wordt gesteld ter bestrijding van de kosten, bedoeld in het eerste lid van artikel 32.Hierbij wordt als maatstaf genomen het bedrag per leerlinghetwelk voldoende moet worden geacht voor de redelijke behoeften van een in normale omstandigheden verkerende school. Nu blijkens vorenstaande berekeningen het voor 1953 be schikbaar gestelde bedrag per leerling voor de school voor zwakzinnige kinderen f. 75,92 bedraagt en voor de school voor schipperskinderen f. 76,64,menen wijdat voor de rede lijke behoeften van de bijzondere school voor ziekelijke kin deren een bedrag van f76,- per leerling voldoende zal zijn. Ingevolge het bepaalde bij artikel 35,6e lid, van bo venbedoeld besluit verleent de gemeenteraad op verzoek van de schoolbesturen en onder voldoende borgstellingeen voor schot op de in artikel 34 bedoelde vergoeding, belopende per leerling het bedrag,bedoeld in artikel 32,1e lid,of artikel 34,4e lid,en berekend over het gemiddeld aantal leerlingen. Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M.van der Meulen, Burgemeester. T.Bakker, secretaris. Verzonden 21 Februari 1953. No. 2029. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWaRDEN; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 Februari 1953 (bijlage no. 38); Gelet op het bepaalde in de artikelen 32, eerste lid, 34,vierde lid,en 35,zesde lidvan het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949; Gezien de aanvragen van de hierna te noemen schoolbe sturen om een voorschot op de gemeentelijke vergoeding ex artikel 34 van voormeld besluit voor 1953; BESLUIT: A. het bedrag,dat per leerling van het buitengewoon lager on derwijs in het jaar 1953 wordt beschikbaar gesteld ter be strijding van de kosten, bedoeld in artikel 55, sub e tot en met h,en p,der Lager-onderwijswet 1920,alsmede die van instandhoudingte bepalen: a. voor de openbare school voor zwakzinnige kinderen op f. 75,92; b. voor de openbare school voor schipperskinderen op f. 76,64; c. voor de bijzondere school voor ziekelijke kinderenuit gaande van de Vereniging Leeuwarder Parkherstellings oord, op f76,- B. op de vergoeding, bedoeld in artikel 34 van het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949,de volgende voorschot ten te verlenen: a. aan het bestuur der Stichting tot oprichting en instand houding van één of meer Christelijke scholen voor buiten gewoon lager onderwijs voor Leeuwarden en omgeving, al hier, ten behoeve van haar school voor zwakzinnige kinde ren 97 1/3 x f. 75,92 is f. 7389,55; b. aan het bestuur der Vereniging voor Christelijk school onderwijs, alhier,ten behoeve van haar school voor schip perskinderen 69 1/3 x f. 76,64 is f. 5313,71,te vermeer deren met f. 223,52-wegens kosten van erfpacht; c. aan het bestuur der Vereniging Leeuwarder Parkherstel lingsoord, alhier, ten behoeve van haar school voor zie kelijke kinderen 67 1/3 x f. 76,- is f. 5117,33. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. secretaris .rille drie in de gemeente gevestigde schoolbesturen heb ben dit voorschot, hetwelk hun elke drie maandentelkens voor een vierde gedeeltewordt uitbetaaldaangevraagdter wijl deze aanvragen voldoen aan de wettelijke voorschriften.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1953 | | pagina 70