No. 5302.
DS RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van
14 april 1955 (bijlage no. 103);
BESLUIT
het uitbreidingsplan in hoofdzaak der gemeente Leeuwarderadeel
vastgesteld bij besluit van de Raad dier gemeente van 30 Jarn-
ari 1941 en goedgekeurd bij besluit van de Commissaris der pro
vincie Friesland van 25 Februari 19-2, no. 19, te herzien met
betrekking tot gronden, gelegen tussen het Van Harinxmakanaal
de önekertrekvaartde spoorlijn naar Harlingen en die naar
twollezulks overeenkomstig de bij dit besluit behorende te
kening.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Beschikbaarstelling gelden voor uitbreiding rijwielbergplaats,
aanschaffing banken, bordstellingen en leermiddelen diverse
scholen Vereniging voor Chr. Schoolonderwijs.
BipLage no. 104. Leeuwarden, 14 April 1955
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur der Vereniging voor Christelijk Schoolonder
wijs alhier, verzoekt, krachtens artikel 72 der Lager-Onder-
wijswet 1920 gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen
voor
1uitbreiding van de rijwielbergplaats bij de school voor
uitgebreid lager onderwijs Ifergaretha de Heerstraat 1;
2. aanschaffing banken voor deze school;
3. vernieuwing bordstellingen in de leslokalen van de school
voor gewoon lager onderwijs Leeuwrikstraat 10;
4. aanschaffing leermiddelen voor het tekenonderwijs voor het
5e en 6e leerjaar van de school voor gewoon lager onderwijs
aan de Robert Kochstraat.
De bestaande rijwielbergplaats bij de school voor u.l.o.
in de Margaretha de Heerstraat biedt ruimte voor 136 rijwie
len. Het aantal leerlingen der school bedraagt 340, waarvan
70 a 80 buiten Leeuwarden wonen. Nagenoeg al deze buitenleer-
lingen komen, althans in de zomer, op de fiets naar school.
Voor een groot deel van de in het stedelijk deel der gemeen
te wonende leerlingen is, in verband met de door hen af te
leggen afstand van huis naar school, het gebruik van een rij
wiel noodzakelijk. Wij menen dan ook, dat het aantal beschik
bare standplaatsen van de rijwielberging in bovenbedoelde
school inderdaad onvoldoende is en dat uitbreiding hiervan
nodig moet worden geacht. Dit deel der aanvrage zal dus naar
ons oordec-l kunnen worden ingewilligd.
Ten aanzien van de aanvrage om gelden voor de aanschaf
fing van banken voor genoemde school delen wij U mede, dat
deze banken nodig zijn wegens uitbreiding van het aantal leer
lingen. Dit deel der aanvrage is dus gerechtvaardigd en over
schrijdt ook niet de normale eisen, aan het geven van lager
onderwijs te stellen, zodat de aangevraagde gelden kunnen
worden toegestaan.
Tegen het verstrekken van gelden voor het vernieuwen der
bordstellingen in de leslokalen van de school voor gewoon la
ger onderwijs Leeuwrikstraat 10, kan ons inziens ook geen be
zwaar worden gemaakt, aangezien uit een dezerzijds ingesteld
onderzoek is gebleken, dat de bestaande bordstellingen reeds
enige jaren in een slechte staat verkeren.
Wat betreft de aanvrage ad 4 brengen wij onder Uw aandacht
dat op de indertijd ingezonden begroting voor de eerste inrich
ting van de in 1951 opgerichte school voor gewoon lager order
wijs aan de Robert Kochstraat, leermiddelen voor het tekenon
derwijs voor de zes leerjaren voorkwamen. Aangezien de begro
ting te hoog was volgens de toen geldende, door het Rijksschool
toezicht opgestelde normen en deze op advies van de Inspecteur
van het lager Onderwijs met f. 6000,-- moest worden verminderd
werden door net schoolbestuur de leermiddelen voor het teken
onderwijs voor de 5e en de 6e klas afgevoerd. Het thans als
nog verstrekken van gelden voor deze leermiddelen zou dus be
tekenen een overschrijding van het indertijd toegestane bedrag
"voor