No. 8161.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
17 Juni 1955 (bijlage no. 170);
BESLUIT
de gemeente staat tot 31 December 1990 in erfpacht af aan R.G.
Boiten, Gorechtkade 72 te Groningen, het perceel bouwterrein,
gelegen aan de westzijde van de Pasteurweg, hoek Cammingha-
straatdeel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden, sectie F, no. 5644, op de bij dit besluit
behorende tekening roodomlijnd aangegeven, ter grootte van plm.
590 m2 en wel onder de volgende voorwaarden:
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde
van 10.030,en een rentevoet van 5 per jaar;
2. het door belanghebbende ten kantore van het grondbedrijf ge
storte bedrag van 500,als waarborg voor de nakoming
der voorwaarden,vervalt aan de gemeente, indien niet aan de
voorwaarden wordt voldaan, tenzij burgemeester en wethouders
in bijzondere gevallen, te hunner beoordeling, niettemin tot
gehele of gedeeltelijke teruggave van de waarborgsom beslui
ten. Bij voldoening aan de voorwaarden wordt op aanvraag de
waarborgsom teruggegeven;
3. Zolang de erfpacht niet met toestemming van burgemeester en
wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet
plaats hebben;
4. de akte van erfpacht moet notarieel worden verleden binnen
een door burgemeester en wethouders te stellen termijn;
5. voor het overige zijn op deze afstand in erfpacht van toe
passing - voor zover mogelijk en met het bovenstaande niet
in strijd - de bepalingen, betreffende de uitgifte in erf
pacht van bouwterreinen, gelogen tussen Oostersingel en Cam-
buursterpad en toebehorende aan de gemeente Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Vaststelling van een verordening ingevolge artikel 5 van de
Winkelsluitingswet 1951 voor slagerswinkels.
Bijlage no. 171. Leeuwarden, 17 Juni 1 955.
Aan de Gemeenteraad.
Evenals de beide voorgaande jaren heeft de Nieuwe Leeu
warder Slagersvereniging een verzoek ingediend om voor de in
het stedelijk gedeelte der gemeente gelegen slagerswinkels
een vacantieregeling voor het lopende jaar in het leven te
roepen. Ook ditmaal is bij het verzoek een lijst gevoegd,
vermeldende een drietal groepen van winkels, voor elk waar
van een verplichte sluitingsperiode van zes werkdagen ge
durende het tijdvak van 18 Juli tot en met 6 Augustus wordt
verzocht
Aangezien de regelingen van de voorgaande jaren gener
lei moeilijkheden hebben opgeleverd, hebben Burgemeester
en Wethouders ons verzocht wederom een dergelijke regeling
te ontwerpen.
Gezien de ruime strekking van het in 1 953 op grond van
art. 14, tweede lid, van de Winkelsluitingswet 1951 bij de
Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Friesland ingewonnen
advies, kan een hernieuwd advies van deze instantie achter
wege blijven. Op grond van het vorenstaande geven wij U in
overweging te besluiten tot vaststelling van het hierna af
gedrukte ontwerp-besluitDe daarin opgenomen indeling komt
overeen met de door verzoekster ingediende lijst.
De Voorzitter van de Commissie
voor de Strafverordeningen,
A.A.M. van der Meulen.
Verzonden 18 Juni 1955.