Na de uiteenzetting over de ontwikkeling van de financiale
positie van onze gemeente over de jaren 1953 t/m 1955 menen wij
nog enkele beschouwingen te moeten wijden aan de financiële
vooruitzichten voor 1956. Hoewel de ontwerp-begroting voor dot
jaar in een vergevorderd stadium van voorbereiding verkeert,
beschikken wij thans nog niet over de uiteindelijke uitkomsten
voor dat dienstjaar. De herziene ramingen voor 1955 geven ons
echter in voldoende mate inzicht om een prognose voor 1956 te
kunnen opstellen. Uit deze prognose zal U wel blijken, dat het
komende dienstjaar met een belangrijk nadelig saldo zal sluiten.
a. personeelslasten.
Naar de ons bekende gegevens zullen de personeelslasten
voor 1956, inclusief de salarisverhogingen, welke voortvloeien
uit de laatste wijziging van de Bezoldigingsverordening 1948,
rond f. 2.1 42.675 bedragen, welk bedrag practisch geen ver
schil oplevert met de raming voor 1955.
bkapitaalslasten.
De kapitaalslasten voor 1956 kunnen warden geraamd op
f. 1.254.570,hetgeen ten aanzien van 1955 een geringe ver
laging betekent van f. 4.000,
Bij dit ramingscijfer is nog geen rekening gehouden met
het uitvoeren van nieuwe Icapitaalwerken in 1956. Zoals wij
hiervoor reeds hebben vermeld, zal over de jaren 1952 tot en
met 1 955 rond f. 7.600.000,-worden geïnvesteerd, of gemiddeld
per jaar f. 1.900.000,— Ook voor 1 956 zal voor een goede
functionering van de huishouding der gemeente -vrij denken hieJ
bijvoorbeeld aan de wel zeer noodzakelijke vernieuwing van en
kele bruggen en de bouw van openbare en bijzondere scholen
gymnastieklokalen en kleuterscholen- gerekend moeten worden op
een investering van rond f. 2.000.000,
Tegenover een afschrijving in 1955 van f. 778.830,—
staat een aanschaffingswaarde van rond f. 19.570.835, waar
uit volgt, dat het gem:, ddelde afschrijvingspercentage op ba
sis van de aanschaffingswaarde rond 4 bedraagt.
Een investering van f, 2.000.000,per jaar brengt voor
1956 een last mee van:
4 f afschrijving van f. 2,000.000,f. 80.000,
rente van f. 2.000,000,— 35.000
2 f. 115.000,
Zoals reeds is vermeld, dient voor do investeringen ten
behoeve van de nieuwe veemarkt c.a. in 1956 te worden gerekend
op een kapitaalslast van f. 245.360,In 1956 zullen de ka
pitaalslasten, vergeleken met die over 1955, derhalve toenemen
met een bedrag van f, 360.000,—
c. bureaukosten, o. belastingen, enz., h.transport, i. mnchi-
nes,enzkbijzondere kosten.
In verhouding tot het totale budget zijn deze kostengroe-
pen niet erg belangrijk. .7ij menen dan ook hier de ramingen ven
1955 voor 1956 te kunnen handhaven.
d sub, j.dies
Een verhoging van de in deze groep opgenomen kosten zal
voor 1956 niet zijn te ontgaan. Talrijke verenigingen en in
stellingen vragen verhoging van het tot dusver verleende sub
sidie. Daarnaast zijn aanvragen binnengekomen van verenigin
gen, die nog niet eerder een subsidie hebben genoten. Wij zul
len ons uiteraard over deze aanvragen nog nader moeten beraden.
"In"
In het kader van de financiële verhouding tussen rijk en ge
meentenzijn niet alle aanvragen van betekenis.
Voor een 3-tal subsidie-aanvragen ligt het echter geheel
anders. Deze aanvragen hebben betrekking op:
1Prysk Orkest;
2St ad s aut ob us di e.nst
3. Leeuwarder Muziekschool.
1Prysk Orkest
Indien de voortekenen niet bedriegen, zal het rijk bin
nen zeer afzienbare tijd het Prysk Orkest plaatsen op de lijst
van de volledig van rijkswege gesubsidieerde orkesten, hetgeen
inhoudt, dat het rijk 50^ van de salarissen van de orkestleden
en van de sociale lasten voor zijn rekening neemt. De provin
cie en de gemeenten zullen dan het restant van de ongedekte
exploitatiekosten dienen te dragen. Een volkomen betrouwbare
raming van de baten en lasten van het Prysk Orkest voor de ko
mende jaren is niet te maken. Uit een bij de stukken voor U
ter inzage gelegde toelichting op de subsidieberekening moge
U blijken, dat, indien de gemeente Leeuwarden 35^ van het na
delig saldo zal dekken, voorshands kan worden aangenomen, dat
het gemeentelijk subsidie voor 1956 rond f. 48.500,zal be
dragen, voor 1 957 f. 57.225,en voor 1958 f. 65.765,
Hierbij wordt er dan van uitgegaan, dat de bezetting van het
orkest van 41 man in 1955 zal stijgen tot 46 man in 1956,
tot 50 man in 1957 en tot een volledige bezetting van 56 man
in 1958. In de begroting voor 1955 is voor het Prysk Orkest
een subsidie geraamd van ruim f. 26,000,Voor 1956 wordt
dus rekening gehoxiden met een stijging van subsidie van
f. 22,000,voor 1957 van f. 31 .000,en voor 1958 van
f. 40.000,
2Stadsautobusdienst
Het aantal reizigers, dat van de stadsautobusdienst ge
bruik maakt, neemt voortdurend toe. Op do beide in exploita
tie zijnde lijnen werden in 1 953 1 .353.064 reizigers ver
voerd, tegen 1.109.709 in 1952, hetgeen een toeneming betekent
van 243.355. In 1 954 werden 1 .694,147 reizigers vervoerd, of
341 .083 meer dan in 1 953. Zoals U uit de bij de stukken ter
inzage gelegde grafiek kunt afleiden,ligt de curve van het rei
zigersvervoer over het eerste halfjaar 1955 weer beduidend ho
ger dan die voor 1954.
Ongetwijfeld mag uit deze cijfers worden afgeleid, dat de
stadsautobusdienst in een behoefte voorziet. Blijkens schrij
ven van de directie der N.T.M. van 9 December 1954, hetwelk
bij de stukken voor U ter inzage is gelegd, is langzamerhand
de optimale prestatiegrens van het bestaande wagenpark be
reikt (in de spitsuren kunnen bij menige halte de reizigers
niet worden opgenomen) en is het wenselijk en verantwoord hot
aantal lijnen uit te breiden.
De financiële consequenties van. de uitbreiding van de
stadsautobusdienst met een derde lijn zijn uiteraard niet
nauwkeurig te bepalen, aangezien de lijnen ten dele in eikaars
gebied liggen. Het tekort van de gehele dienst wordt na de uit
breiding op f. 79.000,geraamd. De N.T.M. is bereid een deel
van dit verlies te dragen. Dit zal evenwel niet meer kunnen
zijn dan een bedrag, gelijk aan het tekort, dat in de huidige
si-,: