/IffTWc
Halvedagsluiting winkels in wijnen en gedestilleerd.
Bijlage no. 62. Leeuwarden, 13 maart 1956
Aan de Gemeenteraad.
In uw vergadering van 7 december j.l. werd om preadvies in onze handen
gesteld een verzoek van de afdeling Friesland van de Nederlandse Bond van
Slijters om de gemeentelijke verordening ingevolge artikel 4 van ^e Winkel
sluitingswet 1951 in dier voege te wijzigen, dat winkels, waar uitsluitend
of in hoofdzaak zwak- en sterk-alcoholische dranken plegen te worden ver
kocht, in het vervolg op maandagmorgen voor het publiek gesloten zullen
moeten zijn, terwijl dit thans voor de woensdagmiddag is voorgeschreven.
Dit is reeds de derde maal sinds de inwerkingtreding van de Winkel
sluitingswet 1951, dat de sluiting van deze categorie winkels in uw verga
dering ter sprake komt.
De eerste maal geschiedde dit op 24 september 1952, bij de vaststel
ling van de onderhavige verordening. De verschillende aspecten van deze
kwestie zijn daarbij uitvoerig belicht. In ons desbetreffend voorstel
(bijlage no. 193) hebben wij er op gewezen, dat, ofschoon een verplichte
sluiting en met name die op woensdagmiddagniet de instemming van de
winkeliers had, deze toch gewenst moest worden geacht, aangezien bij het
ontbreken van een verplichte sluiting of bij sluiting gedurende een andere
halve dag, de winkeliers in zwak- en sterk-alcoholische dranken bevoor
recht zouden worden boven de op woensdagmiddag verplicht gesloten kruide
nierszaken, waar mede zwak-alcoholische dranken plegen te worden verkocht.
Een ter vergadering ingediend voorstel om de sluitingsplicht voor deze
categorie alsnog te schrappen werd met grote meerderheid verworpen, waarna
vaststelling conform het ingediende voorstel volgde.
In november 1953 richtten belanghebbenden zich tot uw raad met het
verzoek de verplichte sluiting alsnog te bepalen op maandagmorgen. Overeen
komstig ons preadvies (bijlage 110. 239) waarbij werd opgemerkt, dat het
verzoek geen nieuwe gezichtspunten opende, beschikte u afwijzend op dit
verzoek.
Ook in het verzoek waarop thans een beslissing moet worden genomen,
worden geen argumenten naar voren gebracht, welke niet reeds eerder zijn
behandeld. De gewijzigde sluiting voor bloemenwinkelswelke in juni van
het vorig jaar tot stand kwam, doet in dit verband niet ter zake, aange
zien daarbij het concurrentiemotief geen rol speelt.
Waar de sluiting voor de winkels in zwak- en sterk-alcoholische dranken
nu eenmaal weloverwogen op v/oensdagmiddag is vastgesteld en, gelijk wij
in het voorgaande reeds opmerkten, door de belanghebbenden geen argumenten
zijn aangevoerd, welke een herziening van dit standpunt zouden rechtvaar
digen, geven wij u in overweging ook op dit verzoek afwijzend te beschik
ken.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
T. Bakker, Secretaris.
Verzonden 14 maart 1956.