Bouw van houtrijke woningen door de heer Martens. Bijlage 111. Leeuwarden, 28 april 1956. Aan de Gemeenteraad. Zoals U hekend is, is het aan onze gemeente toegewezen bouwcontingent van 310 woningen per jaar voor de periode 1954 tot en met 1956 ten enenma le onvoldoende om een wezenlijke bijdrage te vormen tot leniging van de woningnood. Een steeds toenemende stijging van het aantal woningzoeken den in de afgelopen jaren was hiervan een onvermijdelijk gevolg. Wij mo gen U terzake verwijzen naar de brief, die wij op 21 december 1955 zonden aan Gedeputeerde Staten, van welke brief U een afschrift ter hand werd ge steld. De impasse, waarin onze gemeente dientengevolge is komen te verkeren, dwingt ons college naar middelen en wegen te zoeken om de impasse te door breken en het aantal te bouwen woningen in de komende jaren zo hoog moge lijk op te voeren. Daarbij zal in sterke mate moeten worden gestreefd naar een grotere continuïteit in de bouw, het verkorten van de bouwtijd door het opvoeren van het bouwtempo, het volledig benutten van alle mogelijkhe den, welke kunnen leiden tot rationalisering en het toepassen van systeem- bom?. Dit klemt te meer, omdat in het nieuwe toewijzingsbeleid van de Mi nister van Wederopbouw en Volkshuisvesting de plaatselijke bouwcapaciteit een grote rol speelt en het aantal woningen, dat in onze gemeente in de komende jaren gebouwd zal worden, in belangrijke mate wordt beïnvloed door het aantal bouwondernemers en het aantal arbeidskrachten, dat be schikbaar is. Er zal daarbij voortdurend naar gestreefd moeten worden met het beschikbare potentieel een zo groot mogelijk aantal ?;oningen te bouwen Alle middelen, die daartoe kunnen bijdragen, zullen moeten worden aan gegrepen en benut. Eén van die middelen is naar onze mening het op enigs zins ruime schaal toepassen van systeembouw en het benutten van alle moge lijkheden, welke kunnen leiden tot rationalisering van de bouw. Met grote nauwkeurigheid hebben wij dan ook de ontwikkeling op dit gebied gevolgd en pogingen in het werk gesteld, de daaraan verbonden voordelen voor Leeuwar den te verkrijgen. Zo heeft de heer J. Martens te Leeuwarden een systeem ontworpen voor de bouw van houtrijke woningen, die gedeeltelijk geprefabriceerd worden en waarbij een niet onbelangrijke arbeidsbesparing kan worden verkregen. De door hem ontworpen woningen worden uitgevoerd als eengezinswoningen en bevatten op de begane grond, behalve een gang en w.c., een woonkamer van +.17 m2, een woonkeuken van 9*8 m2 en een bergplaats van +.8.8 m2 en op de verdieping drie slaapkamers, respectievelijk groot 14 m213 m2 en 7 m2, alsmede een douchecel. De voor- en achtergevels en de binnenwanden van deze woningen worden ge prefabriceerd, terwijl de woningen door een schuin hellend vlak dak worden afgedekt. De eindgevels worden ter plaatse gemetseld. Teneinde de \?oningen op hun technische merites te beoordelen, eventuele fouten en gebreken te ontdekken en de kwaliteit na te gaan, heeft de heer Martens voor eigen re kening twee van deze woningen gebouwd aan de Dirk Boutsstraat. Deze wonin gen nadeien thans hun voltooiing. De ervaring, opgedaan tijdens de bouw, en de kwaliteit van het gebouwde zijn naar onze mening zodanig, dat het ge rechtvaardigd is op enigszins grote schaal met de bouw van deze woningen voor rekening van de gemeente een aanvang te maken. De gedachten gaan daarbij uit naar de bouw van 200 woningen met toepassing van de Beschik king Bijdragen Woningwetbouw 1950. Met de bouw kan naar onze mening worden begonnen op de voor een gezinswoningen bestemde terreinen in het uitbreidingsplan Zuid-West I, tussen de Aert van der Neerstraat en de Van Loonstraat, voor zover deze gronden eigendom van de gemeente zijn. Daarna kan met de bouw worden voortgegaan op de gronden gelegen in het uitbreidingsplan Greunsweg ten "westen"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1956 | | pagina 182