No, 7150 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN5 Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 mei 1956 (bijlage no. ]25) BESLUIT de gemeente verhuurt overeenkomstig de bij dit besluit behorende huur overeenkomst aan de firma L. en E. Meeter, alhier, voor de tijd van één jaar, ingaande 1 juli 1956 en eindigende 30 juni 1957? met stil-' zwijgende verlenging daarna van jaar tot jaar, het perceel, plaatselijk bekend Aan de Potmarge no. 9 c.a., voor een huurprijs van 780,-- per jaar. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris Vaststelling van een nieuwe verordening op de keuring van waren Bijlage no. 126. Leeuwarden, 18 mei 1956. Aan de Gemeenteraad. Bij raadsbesluit van 26 april 1921 werd vastgesteld een Keurings verordening voor de gemeente Leeuwarden, zulks ter uitvoering van de toentertijd geldende Warenwet (Staatsblad 1919? no. 581). Bij raadsbe sluit van 26 maart 1929 is deze verordening op enkele punten aangevuld en gewijzigd. De tekst van de verordening, zoals zij thans nog luidt, komt geheel overeen met de destijds door de toenmalige minister ver strekte concept-verordening. Zij is ook na de inwerkingtreding van de nieuwe Warenwet (Staatsblad 1935? no. 793) van kracht gebleven, nadat opnieuw goedkeuring en afkondiging had plaats gevonden. In een schrijven van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezond heid van 17 januari 1956, no. 18895? afd. gezondheidsbescherming, aan de Gedeputeerde Staten van Friesland, vestigt genoemde bewindsman er de aandacht op, dat sinds het in werking treden van de Wet op de economische delicten op 1 mei 1951 de grondslag voor de strafbedreiging van de ge meentelijke verordeningen op de keuring van waren is gelegen in artikel 1, 2°, onder e van deze wet, waardoor artikel 6 van de concept-verorde ning kan vervallen. Voorts verdient het naar de mening van de minister aanbeveling ar tikel 7 van de concept-verordening te laten vervallen, daar dit artikel, handelende over de opsporingsbevoegdheid, gelet op het gestelde in ar tikel 18 der Warenwet (Staatsblad 1935? no. 793) overbodig is geworden. Tenslotte is de minister gebleken, dat vele van de huidige verorde ningen op de keuring van waren nog steeds een verwijzing bevatten naar de oude Warenwet in plaats van naar de nieuwe. Aanpassing van de tekst van deze verordeningen aan de geldende wettelijke voorschriften acht hij wenselijk, met het oog waarop aan het slot van zijn schrijven een nieuwe concept-verordening is opgenomen. De Gedeputeerde Staten van Friesland hebben een en ander bij rond schrijven van 13 februari 1956, no. 162, ter kennis van burgemeester en wethouders gebracht, welke laatsten daarop onze commissie hebben ver zocht een nieuwe verordening voor te bereiden overeenkomstig het door de minister toegezonden concept. Gelet op het vorenstaande, geven wij U in overweging over te gaan tot vaststelling van het hierna afgedrukte ontwerp-besluit De voorzitter van de Commissie voor de Strafverordeningen, A.A.I van der Meulen, Verzonden 19 mei 1956.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1956 | | pagina 204