9471 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 juni 1956 (bijlage no. 166); BESLUIT; aan de stichting "Leeuwarder Industriegebouwen", gevestigd te Leeuwarden, wordt in koop afgestaan een gedeelte van het perceel industrieterrein, ge legen tussen de spoorlijn Leeuwarden - Stieris, de Marshallweg en de Toutenburgstraatop de bij dit besluit behorende tekening roodomlijnd aangegeven, deel uitmakende van de percelen, kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie E, nos. 6, 260 en 262, ter grootte van ongeveer 3500 m2 voor een prijs, berekend naar een bedrag van 7VeT m2? en verder onder de volgende voorwaarden; 1. de juiste oppervlakte van het verkochte zal door de landmeter van het kadaster worden bepaald, nadat de begrenzing van het terrein ter plaat se door de dienst der openbare werken is aangegeven; 2. alle op de grondoverdracht vallende kosten, daaronder begrepen die van het uitmeten door de landmeter van het kadaster en die van de levering van een afschrift van de akte ten behoeve van het gemeente-archief, komen voor rekening van de koopster; 3. koopster aanvaardt het terrein vrij van hypotheek, beslag en huur en verder in de toestand, waarin het zich ten tijde van de eigendomsover dracht bevindt, met alle lustan, lasten, plichten, erfdienstbaarheden enz., daartoe van ouds en met recht behorende; 4. het risico voor, het onderhoud van cn alle van het gekochte geheven wordende lasten en belastingen komen van de datum van het aanvaarden af voor rekening van de koopster; 5. de gemeente is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die, welker uitsluiting de wet niet toestaat; 6. elke actie tot ontbinding van de gesloten koopovereenkomst op grond van het bepaalde in de artikelen 1302 en 1303 van het burgerlijk wet boek v/ordt uitgesloten. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Beschikbaarstelling gelden voor stichting twee bijzondere kleuterscholen in het westen der stad. I i Bijlage no. 167- Leeuwarden, 29 juni 1956. Aan de Gemeenteraad. Het bestuur der Vereniging voor Christelijk Kleuteronderwijs, alhier, heeft bij brief van 20 april j.l., overeenkomstig het bepaalde in artikel 50 der Kleuteronder wijswet, verzocht gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de stichting ■van een bijzondere kleuterschool aan het Schapendijkje, en bij brief van 11 mei j.l. voor de stichting van een bijzondere kleuterschool aan de Vondelstraat. Volgens artikel 51 her wet moet bij de aanvraag tot het ontvangen van de voor stichting van een schoolgebouw benodigde gelden worden overgelegd: a. een verklaring, waaruit blijkt, dat de school zal worden bezocht door ten minste 60 kleuters, die bij de opening de leeftijd van 4 jaren hebben bereikt en die van jaar niet hebben overschreden, terwijl hun woningen gelegen dienen te zijn binnen een cirkel met een straal van 3 km, waarvan het middelpunt is de plaats van de te stichten school; b. een verklaring, waaruit blijkt, dat de school zal worden bestemd voor het geven van kleuteronderwijs met inachtneming van de voorwaarden, gesteld in de artikelen 66 tot en met 69 der wet; c. een verklaring, waarbij de vereniging zich verbindt om, voordat met de bouw wordt aangevangen, als waarborgsom een bedrag, gelijkstaande met 20 °/o van de stich- tingskosten, in de gemeentekas te storten; d. een opgaaf van het aantal kleuters, voor wie het gebouw ruimte moet bieden, en van het aantal lokalen, met dien verstande, dat de eerstbedoelde opgaaf niet een lager aantal kleuters zal vermelden dan het minimum, volgens artikel 20 vereist voor een school met zoveel leidsters, als het aantal gewone leslokalen bedraagt, vermeerderd met 10, 12 of 15 kleuters (artikel 121naar gelang het een school betreft met twee, drie of meer dan drie gewone leslokalen; e. een verklaring, waaruit blijkt, dat het bestuur der vereniging voor de nieuw te stichten school is aangesloten bij een groep bijzondere scholen, welke een com missie van beroep, als bedoeld in artikel 67, zesde lid, hebben ingesteld. Ten aanzien van de onder a bedoelde verklaring delen wij U het volgende mede. De bestaande kleuterscholen zijn gevestigd in: een lokaal van de bijzondere school voor gewoon lager onderwijs (Koningin Wilhel- minaschool)aan de Fonteinstraat. Dit lokaal zal met ingang van het nieuwe schooljaar ontruimd moeten worden als gevolg van de stijging van het aantal leer lingen van de lagere school; een lokaal van de bijzondere school voor gewoon lager onderwijs (W.C. van Mun- sterschool)aan de LeeuwrikstraatDoor een rouleringssysteem zijn hierin twee klassen ondergebracht. Het is duidelijk, dat dit geen bevredigende toestand is. Ook is het waarschijnlijk, dat deze klassen de lagere school zullen moeten ver laten, om plaats te maken voor de leerplichtige jeugd; c. een lokaal van het verenigingsgebouw "De Zaaier", Noordersingel 66, welk gebouw voor het geven van kleuteronderwijs, mede naar het oordeel van de Inspectrice van het kleuteronderwijs, ten enenmale ongeschikt is. De overgelegde ouderverklaringen bevatten in totaal 97 namen van kleuters, val lende in de leeftijd van 4 tot 5"2" jaar, terwijl op de overgelegde lijsten van leer lingen, die momenteel een van de drie bovenbedoelde scholen bezoeken, nog 38 kinde ren voorkomen van gemelde leeftijd, zodat in totaal 135 kleuters mogen medetellen, welk aantal voldoende is voor de stichting van twee scholen. Zowel de kinderen, die in de school aan het Schapendijkje zullen worden geplaatst, als die waarvoor de school in de Vondelstraat is aangewezen, hebben woonplaats binnen een straal van 3 km van de te stichten scholen en zulks voor beide scholen in voldoend aantal a. b "Hierin" w- m - .w.rr u u 1 jüJiiwsr ik óïwtr i

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1956 | | pagina 259