In verband met het bouwvolumedat in 1956 voor de bouw van scholen
ter beschikking staat, menen wij te moeten betwijfelen of met de bouw van
al deze scholen nog dit jaar zal kunnen worden aangevangen. Voor het
realiseren van de uit de voorgenomen scholenbouw voortvloeiende kapitaals-
lasten menen wij op grond van verkregen inlichtingen voorshands er van
te mogen uitgaan, dat in 1956 een bijzondere school zal worden gebouwd.
In de raming van volgnummer ÖOOA der gemeentebegroting is voor de
bouw van één bijzondere school wegens kapitaalslasten over 1956 een be
drag van 15.255>-- begrepen. Voorts is op dit volgnummer een last van
25.OOO,geraamd wegens afschrijving ineens van verschillende kleine
investeringen, die in 1956 ten behoeve van het bijzonder lager onder
wijs zullen moeten plaats vinden. De ervaring heeft geleerd, dat hier
voor telkenjare ongeveer eenzelfde bedrag ten laste van de gewone dienst
moet worden gebracht
Kleuteronderwijswet
Op 1 Januari 1956 is de wet op het Kleutercnderwijs in werking
getreden. In principe gaat deze wet er van uit, dat de kosten, zowel van
het openbaar als van het bijzonder kleuteronderwijs, voor rekening van
het Rijk worden genomen. Ingevolge de artikelen 38 en volgende van de
wet verleent het Rijk aan de gemeenten een integrale vergoeding van de
bezoldiging van de verplichte leidsters, terwijl daarnaast een norm
vergoeding wordt gegeven voor de kapitaalslasten, voortvloeiende uit de
stichting, uitbreiding en inrichting van schoolgebouwen, de aanschaf
fing van schoolmeubelen en van schoolbehoeften, zomede voor de kosten van
verzekeren der schoolgebouwen. Voor de onderhoudskosten van de scholen en
voor die van verlichting, verwarming en schoonhouden van de gebouwen wordt
eveneens een normvergoeding gegeven. Als vierde vergoeding van kosten
kent de wet een norm-bijdrage in de kosten van leermiddelen en school
behoeften en van alle andere uitgaven die ter verzekering van de goede
gang van het onderwijs moeten worden gemaakt.
De wet gaat uit van volledoge gelijkstelling van het openbaar en
bijzonder kleuteronderwijs. De bezoldiging van de leidsters van het
bijzonder kleuteronderwijs wordt rechtstreeks, zonder inschakeling van
de gemeente, vergoed. De kosten van stichting en uitbreiding van bij
zondere kleuterscholen, zomede de kosten van aanschaffing van meubilair
en van leermiddelen bij eerste inrichting, moeten door de gemeente wor
den betaald. De huisvestingskosten exclusief de kapitaalslasten, de
kosten van leermiddelen en de overige kosten ter verzekering van de goe
de gang van het onderwijs, zullen aan de besturen van de bijzondere
kleuterscholen moeten worden vergoed op basis van de kosten, die de ge
meente t.b.v. het openbaar kleuteronderwijs maakt. Van het Rijk wordt
op dezelfde voet als voor de exploitatie van openbare kleuterscholen
geldt, een normvergoeding aan de gemeente uitgekeerd in de uitgaven,die
de gemeente t.b.v. het bijzonder kleuteronderwijs moet doen.
Aangezien de van Rijkswege te verstrekken normvergoedingen nog niet vast
staan, kunnen wij U thans nog geen inzicht geven in de financiële con
sequenties, die invoering van de Kleuteronderwijswet met zich mede
brengt
Bij de opstelling van de kostenramingen voor het openbaar en bij
zonder kleuteronderwijs in de begroting voor 1956 is dan ook nog geen
rekening gehouden met de invoering van deze wetTe zijner tijd zullen
de financiële gevolgen van invoering van de Kleuteronderwijswet bij wij
ziging in de begroting worden aangebracht
Op grond van artikel 93 der Kleuteronderwijswet kan de Minister
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen de oprichting en instandhouding
van gemeentelijke scholen tot opleiding van leidsters bij het kleuter
onderwijs goedkeuren, welke goedkeuring inhoudt, dat het Rijk aan de
gemeente, die een dergelijke school in standhoudt, volgens regelen, bi j
algemene maatregel van bestuur te stellen, de kosten van de school ver
goedt
"Op"
Op goede gronden menen wij te mogen aannemen, dat de bestaande
gemeentelijke cursus tot opleiding van onderwijzeressen bij het kleu
teronderwijs voor erkenning in aanmerking komt. Hiertoe zal deze cur
sus moeten worden omgevormd tot een opleidingsschool voor leidsters
bij het kleuteronderwijs, terwijl de te behandelen leerstof en de vak
ken, waarin onderwijs moet worden gegeven, aan de wettelijke normen
zullen moeten worden aangepast. Bovendien zullen voorzieningen moeten
worden getroffen voor de huisvesting van deze opleidingsschool.
Het ligt in ons voornemen in de loop van het kalenderjaar U hier
omtrent nadere voorstellen te doen. In afwachting van de reorganisatie
van de gemeentelijke cursus tot opleiding van kleuteronderwijzeressen,
zijn de kosten van deze cursus en die van de opleiding van leidsters
voor het bijzonder kleuteronderwijs in de begroting van 1956 geraamd
overeenkomstig de regeling, zoals die voor 1955 beeft gegolden.
Sociale zorg.
Maatschappelijk Hulpbetoon.
Het tekort op de begroting van de gemeentelijke instelling voor
Maatschappelijk Hulpbetoon voor 1956 is geraamd op 1.182,675,--,
hetgeen ten opzichte van de primitieve begroting voor 1955 een verho
ging betekent van 147»280,--. De herziene raming voor 1955 wijst een
tekort aan van 1,145.500,--, De met ingang van 1 October 1954 toege
kende loonsverhoging, welke tevens in de onderstandsnormen zijn opge
nomen, zomede de hogere verpleegprijzen van instellingen voor verple
ging van lichamelijk of geestelijk gebrekkigen, zijn de voornaamste
oorzaken van de sedert 1954 toegenomen tekorten van Maatschappelijk
Hulpbetoon.
De bestaande wasgelegenheden in het stadsverzorgingshuis zullen
moeten worden gemoderniseerd en uitgebreid. Blijkens een hiertoe door
de Directeur der Openbare Werken ontworpen plan kan uitbreiding van de
wasgelegenheden worden verkregen door het thans als scheersalon in ge
bruik zijnde vertrek in te richten tot badgelegenheid voor vrouwen.
De huidige logeerkamer is als scheersalon gedacht, terwijl logeer-
ruimte op zolder kan Y/orden verkregen. Het ligt in het voornemen in
de ontworpen badgelegenheid voor vrouwen één badkuip met geyser en 5
vaste wastafels te plaatsen. Het bestaande waslokaal voor de mannen
kan zijn tegenwoordige bestemming behouden. De zinken wasgoot zal
echter moeten worden vervangen door 13 wastafels, terwijl voorts in
dit vertrek een douche zal worden aangebracht. Haar raming is hier
mede een uitgaaf gemoeid van 10.390,--. Voorts zullen de van ruw be
ton gemaakte spoelbakken moeten worden vervangen door vuurkleibakken
en zal de gladde betonvloer der gangen op de begane grond van het te
huis met tegels moeten worden bekleed. Een en ander brengt een uitgaaf
mede van 9«060,-~. Bij begrotingswijziging zijn de voor uitvoering
van deze werken benodigde credieten uitgetrokken. Zie volgnummer 76O A.
De hieruit voor 1956 voortvloeiende lasten ad 2.290,-- zijn begrepen
in de raming van volgnummer 600 A.
Bejaardencentrum»
Het plan tot de bouw van een bejaardencentrum met woningen voor
ouden van dagen op een terrein achter het Borniapark verkeert in een
ver gevorderd stadium van voorbereiding. Wij verwachten, IJ dit plan op
korte termijn te kunnen aanbieden.
Krankzinnigenverpleging
De kosten van krankzinnigenverpleging zullen over 1956 naar ra
ming 441.075»-- bedragen. Ten aanzien van de raming in de primitieve
begroting van 1955 zijn deze kosten met 66.455,-- toegenomen en ten
opzichte van de gewijzigde raming voor 1955 met 7.685,--. Uit deze
cijfers blijkt ons inziens d.uidelijk, dat de indirecte gevolgen van
loonsverhogingen voor bepaalde verzorgingsvlakken wel een zeer sterke
druk op het budget van de gemeente uitoefenen.
Commissie Jeugdwerk.
In Uw vergadering van 26 Januari 1955 heeft U een subsidie be-
schikbaar"