No. 14775.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 oktober 1956 (bijlage
no. 248);
BESLUIT
de gemeente staat tot 31 december 2030 in erfpacht af aan de Naamloze Vennootschap
Bouwkas Nederlandse Gemeenten, gevestigd te Assen, Javastraat 7; een perceel bouw
terrein, op de bij dit besluit behorende tekening roodomlijnd aangegeven, gelegen
aan de westzijde van de Franklinstraathoek Willem Loréstraat, ter grootte van plm.
424 m2deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sec
tie G, no. 13231, en wel onder de volgende voorwaarden:
1de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 7.632,en een
rentevoet van 4j per jaar;
2. het door belanghebbende ten kantore van het grondbedrijf gestorte bedrag van
580,als waarborg voor de nakoming der voorwaarden, vervalt aan de gemeente,
indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, tenzij burgemeester en wethouders
in bijzondere gevallen, te hunner beoordeling niettemin tot gehele of gedeeltelijke
teruggave van de waarborgsom besluiten. Bij voldoening aan de voorwaarden wordt op
aanvrage de waarborgsom teruggegeven;
3. voor het eerst in het jaar 1995, en vervolgens steeds om de 25 jaren, wordt de
waarde van de grond op dat tijdstip opnieuw door de gemeenteraad vastgesteld; de
opnieuw vastgestelde waarde strekt daarop tot de volgende herziening tot grondslag
van de canon;
4» zolang de erfpacht niet met toestemming van burgemeester en wethouders is overge
dragen, mag bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. de akte van erfpacht moet notarieel worden verleden binnen een door burgemeester
en wethouders te stellen termijn;
6. voor het overige zijn op deze afstand in erfpacht van toepassing - voor zover
mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd - de bepalingen betreffende de
uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tussen Oostersingel en Cambuur-
sterpad en toebehorende aan de gemeente Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Vaststelling vergoedingen art, 13 der Lager-onderwijswet 1920.
Bijlage no. 249« Leeuwarden, 4 oktober 195^.
Aan de Gemeenteraad.
Vijf ouders van kinderen, die de bijzondere school voor buitengewoon
lager onderwijs aan ziekelijke kinderen, Achter de Hoven 268 (Parkherstel
lingsoord), bezoeken, hebben op grond van het bepaalde in artikel 126, 1e
lid, jo, artikel 13, der Lager-onderwijswet 1920 een aanvraag ingediend om
een tegemoetkoming te ontvangen in de kosten van vervoer, verbonden aan dit
schoolbezoek. De hierbedoelde kinderen maken gebruik van de autobus van de
stadsdienst, waarvoor 1,20 per weekabonnement verschuldigd is. Gerekend
naar 40 schoolweken belopen de buskosten per kind derhalve 40 x 1,20 is
48,-- per jaar.
Op grond van de door de directeur van de gemeentelijke dienst voor
Sociale Zaken uitgebrachte rapporten, welke bij de raadsstukken voor U ter
inzage zijn gelegd, en waarnaar wij U kortheidshalve mogen verwijzen, zijn
wij van oordeel, dat er, gelet op de ter zake bestaande jurisprudentie en
op de door U in soortgelijke gevallen genomen beslissingen, aanleiding be
staat de buskosten geheel te vergoeden. Volledigheidshalve mogen wij te
Uwer inlichting nog opmerken, dat de ouders, wior kinderen in "Parkherstel
lingsoord" verblijven, daarvoor nog 1,75 per dag verschuldigd zijn, welk
bedrag uiteraard niet voor vergoeding langs de weg van artikel 13 der
Lager-onderwijswet 1920 in aanmerking kan worden gebracht.
Aangezien de administrateur van de school het vervoer van deze kinde
ren geheel verzorgt en ook de hieraan verbonden kosten betaalt, wil het ons
voorkomen, dat aan deze ook de te verlenen vergoeding kan worden uitgekeerd.
Mitsdien geven wij U in overweging te besluiten overeenkomstig het
hierna opgenomen ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
T. Bakker, Secretaris.
Verzonden 10 oktober 1956.