Wegaanleg op industrieterrein in Leeuwarden - West,
Bijlage no. 31.
Leeuwarden, 3 Februari 1956.
Aan de Gemeenteraad,
De terreinen, gelegen ten zuiden van de Harlingertrekvaart en ten
westen van de aldaar geprojecteerde rondweg, zijn in het voor dat gebied
bij raadsbelsuit van 11 October 1950 vastgestelde uitbreidingsplan bestemd
voor industrieterrein.
In de afgelopen jaren hebben zich in dit gebied reeds meerdere indus
trieën gevestigd, waarvan verschillende in door de stichting "Leeuwarder
Industriegebouwen" aldaar gebouwde industriehallen. Zoals U uit ons voor
stel van 3 Februari 1956 (bijlage no.27) moge blijken, heeft genoemde
stichting thans plannen ontworpen voor de bouw van nog twee industriehal
len in Leeuwarden - West. In verband daarmede heeft de stichting reeds
verzocht de daarvoor benodigde gronden van de gemeente te mogen kopen (zie
ons voorstel van 3 Februari 1956 (bijlage no.28).
Verder zijn plannen in voorbereiding om de rijkswerkplaats voor vak-
ontwikkeling, welke thans is gevestigd in enkele loodsen aan de De Ruyter-
weg, over te brengen naar een op het onderhavige industrieterrein te
stichten hal. Wij hopen U hieromtrent binnen afzienbare tijd nadere voor
stellen te kunnen doen.
Op de bij de stukken overgelegde tekening zijn de terreinen, waarop
de industriehallen, alsmede de rijkswerkplaats zullen worden gesticht,
aangegeven. Uit deze situering moge U blijken, dat als gevolg van deze
plannen het aanleggen van een industrieweg vanaf de Snekertrekweg in zui
delijke richting, met een aftakking in westelijke richting, noodzakelijk
wordt
In verband met het vorenstaande en mede op grond van het feit, dat
wij een verdere uitbreiding en/of vestiging van industrieën voor deze ge
meente van groot belang achten, hebben wij aan de directeur der Openbare
Werken opgedragen plannen voor het aanleggen van deze weggedeelten te
ontwerpen. Deze plannen liggen thans bij de stukken voor U ter inzage.
De vanaf de Snekertrekweg in zuidelijke richting geprojecteerde
straat zal evenwijdig lopen aan de in de toekomst aldaar aan te leggen
rondweg welke ter plaatse de oprit vormt naar het viaduct over het spoor
wegemplacement. Het oost-west lopende weggedeelte kan slechts over een
lengte van plm. 75 m worden aangelegd, omdat de in het verlengde hiervan
gelegen terreinen thans nog geen gemeente-eigendom zijn (deze gronden
zijn opgenomen in de aanhangige onteigeningsplannen)
De ontworpen rijwegen, welke met klinkers zullen worden verhard,
krijgen een breedte van 6.00 m„ Aan de zijde van de industrievestigin
gen wordt deze rijweg begrensd door parkeerstroken van keien, ter breedte
van 3?20 m. Met het oog op de minder goede gesteldheid van het terrein
zal de verharding worden aangebracht op een zandbed, dik 0,60 m. De ont
worpen riolering, die is aangepast aan het toekomstige centrale riole
ringsstelsel voor deze gemeente, zal in verband met het vorenstaande een
fundering van korte palen krijgen. Tot tijdelijke steun van de bestra
tingen worden bermen met een bovenbreedte van 1 m aangebracht.
In verband met de hoogteligging van het terrein is de weghoogte aan
gehouden op 1,40 m F.Z.P., oplopend naar de Snekertrekweg, die ter
plaatse van de aansluiting 80 cm hoger ligt. De ontworpen weghoogte
is 20 cm lager dan die van de thans in aanleg zijnde wegen ten westen van
de spoorlijn Leeuwarden- Stiens. Zulks is ter plaatse toelaatbaar en
betekent uiteraard een belangrijke besparing van kosten van wegaanleg
en terreinverhoging.
Voor het verkrijgen van een goede afwatering van de afgesloten sloot-
gedeelten is tenslotte aan het zuideinde van de te maken industrieweg een
kleine duiker ontworpen.
De kosten van een en ander v/orden, met inbegrip van de kosten van
0