No. 9319.
BE RAAD BER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 oktober
1957 (bijlage no. 239);
BESLUIT
aan het bestuur der Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs, alhier,
gelden uit de gemeentekas te verstrekken voor de aanschaffing van een
nieuwe ketel voor de centrale verwarmingsinstallatie in de school voor ge
woon lager onderwijs Leeuwrikstraat 10, met dien verstande, dat slechts
voor l/l5 gedeelte van de aanschaffingskosten, verminderd met de sloopwaar-
de van de reeds verwijderde ketel, gelden beschikbaar zullen worden gesteld,
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
JfkLU
Vaststelling vergoedingen artikel 13 der Lager-onderwijswet 1920.
Bijlag.e no. 240. Leeuwarden, 4 oktober 1957
Aan de Gemeenteraad.
De heer J. Kemker, Jan Steenstraat 10, alhier, heeft een verzoek inge
diend om overeenkomstig het bepaalde in artikel 126, eerste lid, juncto"
artikel 13? der Lager-onderwijswet 1920, een tegemoetkoming te ontvangen
in de kosten, die hij moet maken voor het bezoek van zijn dochtertje
Trijntje aan de van het Koninklijk instituut voor slechthorenden te Gro
ningen uitgaande en aldaar gevestigde Tine Marcusschool (buitengewoon la
ger onderwijsDeze kosten bedragen per maand 39?-- voor een jeugdmaand'
kaart van de Nederlandse Spoorwegen en 12,50 voor het halen en brengen
in de stad Groningen.
Voorts zijn op dezelfde wetsartikelen steunende verzoeken binnengeko
men van de heren S. zteneker, V/erkmanslust 81 ,en L, Woudstra, Werkmanslust
78, alhier, ten behoeve van het bezoeken van de bijzondere school voor
buitengewoon lager onderwijs aan ziekelijke kinderen (Parkherstellingsoord
Achter de Hoven 268, alhier, door hun kinderen Klaas, resp, Lieuwkje, Ge
noemde kinderen maken gebruik van de stadsautobusdienst, waarvoor 1,35
per weekabonnement verschuldigd is. Gerekend naar 40 schoolweken belopen
de buskosten derhalve 40 x 1,35 is 54,-- per jaar.
Op grond van de door de directeur van de gemeentelijke dienst voor
Sociale Zaken uitgebrachte rapporten, welke bij de raadsstukken voor U ter
inzage zijn gelegd en waarnaar wij U kortheidshalve verwijzen, zijn wij
van oordeel, dat, gelet op de terzake bestaande jurisprudentie en op de
door li in soortgelijke gevallen genomen beslissingen, de vervoerskosten var
de adressanten bteneker en Woudstra volledig dienen te worden vergoed. De
heer Kemker komt, volgens de door de derde hoofdinspectie van het Lager
Onderwijs gegeven richtlijnen, welke voor bij de stukken ter inzage zijn
gelegd, in aanmerking voor een vergoeding in de totale vervoerskosten van
366,50 per jaar.
'Te Uwer inlichting delen wij U nog mede, dat de ouders, wier kinderen
in "Parkherstellingsoord" verblijven, daarvoor 2,10 per dag verschuldigd
zijn, welk bedrag uiteraard niet voor vergoeding langs de weg van artikel
13 der Lager-onderwijswet 1; 20 in aanmerking kan worden gebracht.
Aangezien de administrateur van de school het vervoer van laatstbe
doelde kinderen geheel verzorgt en ook de hieraan verbonden kosten betaalt,
wil het ons voorkomen, dat aan deze ook de in het onderhavige geval to
verlenen vergoeding kan worden uitgekeerd.
In verband mot het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten
overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.l.i. van der Heulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 4 oktober 1957.