No. 2542.
DE RAAD DER GEBEENTE LEEWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 februari
1957 (bijlage no. 26)
Gezien de ingekomen aanvraag van het na te noemen schoolbestuur om
een voorschot op de vergoeding, bedoeld in artikel 36 van het Besluit
buitengewoon lager onderwijs 1949» voor het jaar 1957;
BESLUIT:
voor het jaar 1957:
I. het getal wekelijkse lesuren gedurende hetwelk aan de openbare scholen
voor buitengewoon lager onderwijs aan zwakzinnige kinderen vakonderwijs
zal worden gegeven, vast te stellen op 1 1/12;
II. aan het bestuur der Stichting tot oprichting en instandhouding van
één of meer Christelijke scholen voor buitengewoon lager onderwijs te
Leeuwarden en omgeving, alhier, ten behoeve van haar school voor zwak
zinnige kinderen, op de vergoeding, bedoeld in artikel 36 van het Be
sluit buitengewoon lager onderwijs 1949» sen voorschot te verlenen
van 3.200,--
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Vaststellen getal wekelijkse lesuren vakonderwijs openbare scholen voor
v.g.l.o. en u.l.o. en toekennen voorschotten bijzondere scholen voor
g.l.o., v.g.l.o. en u.l.o., beide voor 1957
Bijlage no. 27. Leeuwarden, 12 februari 1957.
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge artikel 101 bis, le lid, der Lager-onderwijswet 1920 be
paalt de gemeenteraad, die ten behoeve van een of meer openbare scholen
onderscheidenlijk voor gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid lager
onderwijs vakonderwijzers heeft aangesteld, vdór 1 maart van elk jaar
voor elke daarvoor in aanmerking komende soort van scholen het getal weke
lijkse lesuren ge durende hetwelk vakondervdjs zal worden gegeven Ditgetal wordt
berekend door deling van het totaal getal per week te geven uren vak ond envy s do or het
volgens artikel 23 der wet verplichte aantal onderwijzers aan die scholen.
Aan de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs wordt geen vak
onderwijs gegeven.
Het totaal per week te geven uren vakonderwijs aan de drie gemeente
lijke scholen voor voortgezet gewoon lager onderwijs bedraagt 108, ter
wijl het aantal verplichte leerkrachten aan die scholen voor 1957 20 is,
zodat het aantal wekelijkse lesuren op 108 20 is 5 2/5 moet worden be
paald.
Voor het uitgebreid lager onderwijs bedraagt het totaal per week
te geven uren vakonderwijs 135 11/12terwijl het aantal verplichte leer
krachten aan de drie openbare scholen voor uitgebreid lager onderwijs 35
is, zodat hiervoor het aantal wekelijkse lesuren op 135 ll/l2 35 Is
3 53/60 dient te worden bepaald.
De besturen van de in de gemeente gevestigde gelijksoortige bijzon
dere scholen kunnen voor 1957 voor beloning van hun vakleerkrachten
aanspraak maken op een vergoeding uit de gemeentekas, welke wordt bepaald
met inachtneming van de bovenbedoelde getallen wekelijkse lesuren, ver
menigvuldigd met het getal verplichte leerkrachten aan hun scholen, en een
beloning tot een bedrag, waarop de vakonderwijzers aanspraak zouden heb
ben gemaakt, indien zij in dienst der gemeente waren geweest.
Op grond van het bepaalde in artikel 101 bis, 4e lid, der wet ver
goedt de gemeente, indien zij aan geen enkele openbare school voor ge
woon lager onderwijs vakonderwijzers heef t aangesteld, aan de besturen van
gelijksoortige bijzondere scholen de beloningen van de aan die scholen
verbonden vakleerkrachten. Indien U evenwel van oordeel mocht zijn, dat
deze kosten zonder noodzaak zijn gemaakt of hoger zijn dan noodzakelijk
is, kan de aanvraag van deze vergoeding bij een met redenen omkleed be
sluit geheel of gedeeltelijk worden afgewezen. De aanstelling van vak
leerkrachten bij het bijzonder gewoon lager onderwijs achten wij als regel
niet noodzakelijk. Voor de klassen 7 en 8, mits geplaatst in een of meer
afzonderlijke lokalen en tezamen minstens 20 leerlingen tellend, menen
wij echter, evenals voorgaande jaren, een uitzondering te moeten maken.
Aangezien de gemeente het fe en 8e leerjaar -met uitzondering van
die der dorpsscholen- in afzonderlijke scholen heeft ondergebracht en
het onderwijs op deze scholen als voortgezet gewoon lager onderwijs wordt
beschouwd, achten wij het voor de toepassing van artikel 101 bis wense
lijk en billijk, dat het aantal lesuren vakonderwijs van het openbaar
voortgezet gewoon lager onderwijs maatgevend is bij de vergoeding van de
kosten van het vakonderv/ijs in het 7e en 8e leerjaar der bijzondere scho
len voor gewoon lager onderwijs, mits voldaan wordt aan de bovenomschreven
voorwaarden.
De daarvoor in aanmerking komende besturen van de bijzondere scholen
voor gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs hebben ge
bruik gemaakt van de hun bij het 5e lid van artikel 101 bis der wet ge
boden gelegenheid op vorenbedoelde vergoeding een voorschot aan te vragen,
"welk"