Verhuur visrecht gemeentewatersn.
Bijlage no. 300. Leeuwarden5 december 1957
Aan de Gemeenteraad.
Het Bestuur van de Federatie Friesland van Hengelaars en het Bestuur
van de Bond van afdelingen van Beroepsvissers in Friesland hebben tot ons
het verzoek gericht te willen bevorderen, dat het visrecht in de gemeente
wateren van Leeuwarden voor de komende zes jaren wordt verhuurd aan een
algemeen erkende hengelsportvereniging. ÏTaar het oordeel van de genoemde
organisatie komt voor de huur van het recht uitsluitend de enige in deze
gemeente erkende hengelsportvereniging, de Hengelsportvereniging Leeuwar
den, in aanmerking.
Voor een goed begrip van het verzoek diene het vclgende.
Ingevolge de Visserijwet mag men niet vissen, als men niet in het be
zit is van een geldige visakte.
Be visakten worden onderscheiden in Grote Visakten A (voor het vissen
met alle geoorloofde vistuigen), Kleine Visakten (voor het vissen met de
hengel geaasd met vis, de sleephengel of de peur) en Hengelakten (voor het
vissen met meer dan één hengel).
Voor het vissen met één hengel niet geaasd met vis is, voor zover dit
geschiedt in de bevaarbare en vlotbare stromen en rivieren, geen akte en
ook geen vergunning van de rechthebbende op het visrecht - zie hieronder -
nodig. Alleen dient men hiervoor in het bezit te zijn van een bewijs, dat
men een bijdrage (van 1,50) voor de verbetering van de visstand heeft
betaald
Daarnaast heeft men voor het vissen met de bovengenoemde vistuigen
nog een vergunning nodig van de rechthebbende op het visrecht, dat is de
eigenaar van het water. De gemeente, als eigenaresse van water, is derhalve
tevens rechthebbende op het visrecht in dat water, hetgeen betekent, dat
men daarin niet met bovengenoemde vistuigen mag vissen, tenzij men boven
dien voorzien is van een vergunning van de gemeente.
De rechthebbende op het visrecht kan dit recht verhuren. Ten aanzien
van de hiertoe op te maken huurovereenkomst stelt de Visserijwet diverse
eisen. Zo behoeft een dergelijke overeenkomst de goedkeuring van de Kamer
voor de Binnenvisserij en moet zij tenminste voor een tijd van zes jaren
worden aangegaan. Degene, die het visrecht huurt, is daardoor gerechtigd
visvergunningen af te geven.
Tot dusverre is de gemeente niet tot het verhuren van het visrecht
overgegaan. Hieraan is evenwel het risico verbonden, dat de visstand achter
uitgaat. Immers de gemeente zet geen pootvis uit, terwijl de diverse ver
gunninghouders hiertoe individueel evenmin zullen overgaan.
Een van de grote voordelen van de organisaties van beroeps- en sport
vissers is, dat het streven van deze organisaties in de eerste plaats is
gericht op een goede instandhouding van de visstand. Zij zetten hiertoe ten
behoeve van haar leden in het door haar gepachte viswater vele soorten
pootvis uit. De genoemde organisaties, die van het rijk, de provincie, ge
meenten en particulieren reeds van verschillende percelen water het vis
recht hebben gehuurd, ontmoeten bij hun streven de steun van de Kamer voor
de Binnenvisserij en van de Visserij-inspecties. Deze instanties staan ook
achter het thans tot ons gerichte verzoek.
In verband met het bovenstaande hebben wij dan ook gemeend, dat tegen
verhuring van het visrecht geen bezwaren bestaan, lvlet de Hengelsportver
eniging Leeuwarden hebben wij daarom nader contact opgenomen. De gevoerde
onderhandelingen hebben tot volledige overeenstemming geleid. Het resul
taat van deze onderhandelingen is vervat in de hierbijgaande concept-huur
overeenkomst.
Ter toelichting op deze overeenkomst delen wij U mede, dat de verhu
ring van het visrecht alle gemeentewateren omvat, met dien verstande, dat
het gedeelte van het vaarwater de ïiurk, vanaf de opvaart naar de zogenaamde
Bulle-