Vaststelling vergoedingen art. 13 der Lager-onderv/ijswet 1920.
Bijlage no. 35- Leeuwarden, 14 februari 1957
Aan de Gemeenteraad.
De heer G. Hoekstra, Paulus Moreelsestraat 24, heeft een verzoek inge
diend om overeenkomstig het bepaalde in artikel 126, eerste lid, jo. arti
kel IJ, der Lager-onderwijswet 1920 een tegemoetkoming te ontvangen in de
kosten, verbonden aan het bezoeken door zijn kindSijmen Klaas van de
Protestants-Christelijke school voor buitengewoon lager onderwijs aan zwak
zinnige kinderen, Droevendal 1alhier. Het kind van de heer Hoekstra maakt
gebruik van de autobus van de stadsdienst, waarvoor 1,20 per weekabonne
ment verschuldigd is. Gerekend naar 40 schoolweken belopen de buskosten
derhalve 40 x 1,20 is 48,per jaar.
Voorts is door de heer G. Scheffer, Wirdum 187, een soortgelijk ver
zoek ingediend om vergoeding voor het bezoeken door zijn kind Nico van de
bijzondere school voor buitengewoon lager onderwijs aan ziekelijke kinde
ren (Parkherstellingsoord), Achter de Hoven 268, alhier. Het kind van de
heer Scheffer maakt gebruik van de autobus van de N.V. Nederlandse Tramweg
Maatschappij, waarvoor de kosten per dagretour 0,25 (kinderkaartbedra
gen, of over 40 schoolweken gerekend 40 x 6 x 0,25 is 60,-- per jaar.
Op grond van de door de directeur van de gemeentelijke dienst voor
Sociale Zaken uitgebrachte rapporten, welke bij de raadsstukken voor U
ter inzage zijn gelegd, en waarnaar wij U kortheidshalve mogen verwijzen,
zijn wij van oordeel, dat er, gelet op de terzake bestaande jurisprudentie
en op de door U in soortgelijke gevallen genomen beslissingen, aanleiding
bestaat de buskosten volledig te vergoeden. Wat adressant Scheffer betreft,
mogen wij te Uwer inlichting nog opmerken, dat de ouders, wier kinderen in
"Parkherstellingsoord" verblijven, daarvoor nog 1,75 Per dag verschuldigd
zijn, welk bedrag uiteraard niet voor vergoeding langs de weg van artikel
13 der Lager-onderwijswet 1920 in aanmerking kan worden gebracht. Aangezien
de administrateur van de school het vervoer van deze kinderen geheel ver
zorgt en ook de hieraan verbonden kosten betaalt, wil het ons voorkomen,
dat aan deze ook de te verlenen vergoeding kan worden uitgekeerd.
Mitsdien geven wij D in overweging te besluiten overeenkomstig het
hierna opgenomen ontvferp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
T. Bakker, Secretaris.
Verzonden 16 februari 1957.
