wmmm Benoemen van een leraar in de scheikunde aan de gemeentelijke h.b.s.-a. Bijlage no. 110. Leeuwarden, 8 mei 1958. Aan de Gemeenteraad. Gedurende de cursus 1956-1957 is als leraar in de scheikunde aan de gemeentelijke h.b.s.-a werkzaam geweest de heer J. Westra, die niet voor een herbenoeming als zodanig in aanmerking wenste te komen. In üw verga dering van 7 augustus 1957 werd in deze vacature voorzien door de benoe ming van de heer S. IJpma te Groningen. Aangezien het bij de aanvang van het cursusjaar 1957-1958 niet moge lijk is gebleken voor het derde leerjaar van genoemde school een leraar in de natuurkunde aan te trekken, is de heer IJpma bereid gevonden 6 lessen in dit leervak in het derde leerjaar te geven, zulks in plaats van 6 lessen in de scheikunde in de leerjaren 4 en 5- Door deze handel wijze is bereikt, dat de aansluiting van het programma van onderwijs voor het leervak natuurkunde in het derde leerjaar van de gemeentelijke h.b.s.-a bij dat van do h.b.s.-b en de h.t.s. kan blijven bestendigd. De overgang van leerlingen uit het derde leerjaar van de gemeentelijke h.b.s.-a naar de r.h.b.s.-b en de h.t.s., alhier, is hierdoor mogelijk gebleven. Het vorenstaande heeft echter tot gevolg gehad, dat de lessen in de scheikunde in do leerjaren 4 en 5 van 1 september 1957 tot de kerstvakan tie niet zijn gegeven. De gevonden oplossing was naar onze mening evenwel te verdedigen, omdat het leervak scheikunde voor de gemeentelijke h.b.s.-a niet tot de eindexamenvakken behoort. Door bemiddeling van de inspecteur van het gymnasiaal en middelbaar onderwijs in de 7e inspectie is de heer W.H.N. Vriezen te Groningen be reid gevonden met ingang van 1 januari 1958 de lessen in de scheikunde in het vierde en vijfde leerjaar op zich te nemen. De hc-er Vriezen is niet in het bezit van de wettelijk vereiste bevoegdheid tot het geven van middelbaar onderwijs in de scheikunde. Wel heeft hij reed3 met goed gevolg het candidaatsexamen in de scheikunde afgelegd. Met het oog hierop heeft de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen bij brieven van 19 februari en 21 april 1958, afdeling V.H.M.O., nos. 71011 en 76663, overeenkomstig artikel 27, 2e lid, van de Middelbaar-onderwijswet, machti ging verleend voor zijn benoeming tot leraar in de scheikunde aan de ge noemde school voor het tijdvak van 1 januari tot en met 31 augustus 1958. Ook de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs kan zich met de getroffen voorziening verenigen. Onder overlegging van de bijbehorende stukken stellen wij U daarom voor, gerekend met ingang van 1 januari 1958, tijdelijk en tot wederop zegging, uiterlijk tot het einde van het cursusjaar 1957-1958 te benoemen tot leraar in de scheikunde aan de gemeentelijke h.b.s.-a de heer W.H.N. Vriezen, wonende te Groningen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Heulen, Burgemeester. Verzonden 8 mei 1958. de Jong, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1958 | | pagina 229