Invorderen kosten dempen schiphuiskolken Lange Negen.
Bijlage no. 129. Leeuwarden, 10 mei 1958
Aan de Gemeenteraad.
Op 21 maart 1956 heeft Uw raad afwijzend beschikt op het verzoek van
de voormalige huurders van de schiphuisterreinen aan de Lange Negen, alhier,
om de kosten van het dempen van de kolken van de vroegere schiphuizen voor
rekening van de gemeente te nemen. In ons daaromtrent uitgebracht preadvies
van 15 maart 1956 (bijlage no. ~J2) zijn de beweegredenen, welke tot het
nemen van Uw beslissing hebben geleid, uitvoerig omschreven. Wij mogen U
kortheidshalve naar de inhoud van dit advies, dat bij de stukken voor U
ter inzage is gelegd, verwijzen.
Na het nemen van Uw afwijzende beschikking hebben wij de betrokken
voormalige huurders verzocht de door hen verschuldigde bijdragen in de
dempingskosten aan de gemeente te betalen. Van het totaal verschuldigde
bedrag ad f. 24.790,14, is inmiddels f. 17t794,05 ontvangen, zodat nog
een bedrag van f. 6.996,09 dient te worden ingevorderd. Dit laatste bedrag
is verschuldigd door de in het hierbij gevoegde ontwerp-raadsbesluit vermel
de personen.
Wij hobben herhaalde malen èn door het rechtstreeks richten van aan
schrijvingen tot betrokkenen èn door tussenkomst van de rechtskundige der
gemeente getracht de aan de gemeente toekomende bedragen langs minnelijke
weg in te vorderen. Ten aanzien van de in het ontwerp-besluit genoemde
debiteuren is zulks tot nu toe evenwel niet mogen gelukken.
Aangezien thans naar ons oordeel voldoendo vaststaat, dat do bedoelde
bedragen niet langs minnelijke weg invorderbaar zijn, hebben wij gemeend,
het nodige te moeten verrichten om tot een invordering langs gerechtelijke
weg over te gaan.
Voor hot aangaan van eon dergelijke procedure is op grond van het be
paalde in artikel 177 van de gemeentewet een besluit van do gemeenteraad
vereist. Onder overlegging van de ter zake ingewonnen rechtskundige ad
viezen geven wij U dan ook in overweging tot het vorenstaande te beslui
ten.
Burgemeester on Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 10 mei 1958