uitgavenaccres, waarvoor de gemeente zich gesteld ziet, niet
wordt opgevangen door een evenredige stijging der inkomsten, Dc
procentuele toeslagen op de uitkeringen uit het gemeentefonds
zijn voor onze gemeente zelfs niet voldoende om de lastenstij
gingen in do personoelsseotor op te vangen. De indirecte go-
volgen van salaris- en loonmaatregelen oefenen uiteraard even
eens een opwaartse druk op het prijspeil uit, waardoor hot
evenwicht in de begroting noodgedwongen wol moet worden ver
stoord, Een spoedige totstandkoming van een wettelijke rege
ling, die de gemeenten in staat stelt, het normale accres der
uitgaven door verhoging der inkomsten op te vangen, wordt hier
door naar onze mening wel zeer urgent.
Gegeven het vorenstaande is het ons dan ook niet mogelijk
omtrent het financiê'le aspect van de ontwerp-begroting een op
timistisch geluid te laten horen. De uitkeringen uit het ge
meentefonds nonen een zeer belangrijke plaats in onder de in
komsten van de gemeente. Het behoeft wel geen betoog, dat het
derhalve te enen male onmogelijk is een vaste lijn uit te stip
pelen voor het in de komende jaren te voeren financiële beleid,
ongeoonsolideerde Op 1 januari 1958 bedroeg de ongeconsolideerde schuld der
schuld
gemeente f, 13,500.000,Haar raming zal deze schuld op
1 januari 1959? rekening houdende met een per 1 februari 1959
gesloten geldlening van f. 2.500.000, rond f. 12.000.000,—
bedragen.
Uit deze cijfers blijkt, dat ondanks de omvangrijke in
vesteringen, die in 1958 zullen plaats vinden (inol, woning
bouw f. 18.000.000,de vlottende schuld van de gemeente
met rond f, 1,500.000,is teruggelopen, In hoeverre de ge
meente in 1959 in staat zal worden gesteld tot verdero consoli
datie van deze schuld over te gaan, moot worden afgewacht.
Zolang de gemeenten zijn gebonden aan het rentegamma is
het practisch uitgesloten zelfstandig op de kapitaalmarkt te
opereren. Aangezien de kapitaalbehoefte van de gezamenlijke
Nederlandse gemeenten het miljard nog verre te boven gaat en de
vraag naar vast kapitaal nog belangrijk groter is dan hot aan
bod, zien wij voorshands nog niet de tijd gekomen, dat de ge
meenten weer zelfstandig op de kapitaalmarkt kunnen verschij
nen, Als tijdelijke noodmaatregel kunnon wij er wel begrip
voor opbrengen, dat do kapitaalbehoeften der gemeenten over de
1!.V, Bank voor Nederlandsche Gemeenten worden geleid. Wij
zouden het beslist onjuist achton, indien deze uit nood geboren
maatregel uit centralisatie-overwegingen langer zou worden ge
continueerd, dan strikt noodzakelijk is.
Behoudens enkole posten, welke voornamelijk betrekking heb
ben op overboekingen en verrekeningen, zijn op de kapitaaldionst
van de ontwerp-gemeentebegroting voor 1959 geen kredieten voor
investeringen uitgetrokken. Op de ontwerp-bodrijfsbegrotingen
zijn alleen voor de dienst dor openbare werken en voor de ge
meente-reiniging enkele kapitaalsuitgaven geraamd, vaarmede
slechts geringe bedragen gemoeid zijn. Onder het hoofd "bedrij
ven" komen wij op deze aangelegenheid terug. Hierbij zullen wij
tevens een nadere toelichting geven omtrent de aard en omvang
van in 1959 t,b,v, de bedrijven noodzakelijk geachte investe
ringen, die, hetzij bij een bij de stukken voor U ter inzage
gelegd concept-besluit tot wijziging van de bedrijfsbegro
tingen bereids op de begroting zijn gebracht, hetzij t.z.t.,
nadat ons uitgewerkte voorstellen van de betreffende dienst
hoofden hebben bereikt, alsnog op de begroting zullen moeten
orden gebracht.
Het investeringsprogramma voor de algemene dienst zullen
wij objectsgewijze nader toelichten onder het hoofd "vraagstuk
ken van algemeen beleid". Exclusief woningbouw en scholenbouw
is met realisering van het investeringsprogramma voor 1959 in
totaal con bedrag gemoeid van f, 8,482,230,In hoeverre dit
programma uitvoerbaar is, zal geheel afhangen van do oplossing
van hot financieringsvraagstuk en van de budgettaire mogelijk
heden.
Te Uwer voorlichting hebben wij bij doze brief do volgen
de vergelijkende overzichten gevoegd:
I. oen overzicht van de baten- en kostongroepon van de alge
mene dienst over de jaren 1955 i/m 1959 een toelichting
op de belangrijkste verschillen in do ramingscijfers voor
de begroting 1958 en de ontwerp-begroting voor 1959»
II. een overzicht van:
a. de belangrijkste investeringen in het tijdvak 1948-1958
met als bijlage oen overzicht van hetgeen in de dorpen
is tot stand gebracht (inclusief woningbouw);
b. de boekwaarde van do gemeentelijke investeringen per
1 januari 1958»
c. het investeringsprogramma voor 1958;
d. het investeringsprogramma voor 1959»
