Verhoging algemene uitkering uit het gemeentefonds. Bijlage no. 75- Leeuwarden, 3 maart 1959- Aan de Gemeenteraad. In Uw vergadering van 11 december 1957 hebt besloten aan de Minister van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorgani satie en van Financiën te verzoeken de algemene uitkering, die onze ge meente uit het gemeentefonds ontvangt, met ingang van 1 januari 1958 te verhogen. Dit verzoek is door ons aan genoemde ministers toegezonden. Een beslissing over de aanvraag is tot dusver nog niet genomen. In de aanbie dingsbrief bij de ontwerp-begroting voor het dienstjaar 1959 hebben wij U medegedeeld, dat wij de hoop koesterden dat naar aanleiding van Uw verzoek een zodanige verhoging van het basisbedrag zou worden toegekend, dat dit een extra bate van 375*000,-- per jaar zou betekenen. In de sedert deze mededeling verstreken maanden hebben wij echter geen zekerheid kunnen ver krijgen, dat de bijdrage van 375*000,--, waarop wij, na de hierover ge voerde besprekingen, destijds meenden te mogen rekenen, ook werkelijk zal worden toegekend. Zoals U bekend is, wordt een nieuwe regeling van de financiële ver houding tussen het rijk en de gemeenten voorbereid, welke regeling zo mogelijk voor het eerst voor het jaar 1959 za-l geldon. Aangezien het echter allerminst zeker is, dat de in dit opzicht bestaande plannen kunnen werden verwerkelijkt, is de werkingsduur van de bestaande regeling, die op 31 december 1958 afliep, met een jaar verlengd. De uitkeringen die de gemeenten op grond van de verlengde regeling ontvangen zullen zo nodig als voorschotten worden aangemerkt, indien de nieuwe regeling tijdig tot stand komt In verband met het van toepassing verklaren van de c-ude regeling van de financiële verhouding voor het jaar 1959 is de mogelijkheid geopend verhoging te vragen van de algemene uitkering uit het gemeentefonds met ingang van 1959. Een dergelijk verzoek dient de gemeenteraad voor 1 mei 1959 tot de Ministers van Binnenlandse Zakon, Bezitsvorming en Publiek rechtelijke Bedrijfsorganisatie en van Financiën te richten. De gemeentebegroting voor 1959 wijst na wijziging no. 4, zonder reke ning te houden met de op 375*00°,geraamde verhoging van de algemene uitkering met ingang van 1958, een tekort aan van 1.272.650,--, In dit bedrag zijn kapitaalslasten begrepen voor enkele nieuwe investeringen in 1959* Het investeringsprogramma voor dit jaar vermeldt echter nog een aanzienlijk aantal nieuwe werken, waarvoor nog geen kredieten in de be groting zijn geraamd. Het ligt in ons voornemen U, zodra de plannen zijn uitgewerkt, te verzoeken voor deze nieuwe investeringen kredieten beschik baar te stellen. Het begrotingstekort zal hierdoor vermoedelijk tot een bedrag van ongeveer 2.000.000,stijgen. Wij stellen U voor, de Ministers van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie en van Financiën te verzoeken de algemene uitkering uit het gemeentefonds te verhogen met ingang van 1959* Een hiertoe strekkend ontwerp-besluit leggen wij hierbij over. De Financiële Commissie kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Meulen, Burgemeester. Verzonden 4 maart 1959* de Jong, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1959 | | pagina 115