Vaststelling kostenbedrag als bedoeld in artikel 55 ter, le lid, der L.O. wet 1920 over 1957 en in artikel 55 ter, 2e lid, over de jaren 1955 tot en met 1957 Bijlage no. 15. Leeuwarden, 12 januari 1959. Aan de Gemeenteraad. Elk Jaar moet de gemeenteraad ingevolge artikel 55 ter, le lid, der Lager- onderwijswet 1920 het bedrag bepalen, dat in het voorafgaande kalenderjaar is uitgegeven voor het openbaar gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs. Tevens moet voor elk der genoemde soorten van onderwijs het bedrag worden vastgesteld, dat voor dat jaar met inachtneming van het werkelijk aantal leerlingen en het ingevolge artikel 55 bis per leerling bepaalde bedrag beschik baar is gesteld voor het bijzonder onderwijs en, indien de hiervoren vermelde bedragen verschillen, het bedrag van het verschil. Op grond van de cijfers uit de voorlopige gemeenterekening over 1957is de volgende berekening opgemaakt. L.O. V.G.L.O. U.L.O. Kosten van instandhouding van school lokalen, alsmede van terreinen voor het onderwijs in lichamelijke oefe ning. 27.696,47 2.917,90 4.825,49 Onderhoud van schoolmeubelen, aan schaffing en onderhoud van schoolboe ken, leermiddelen en schoolbehoeften. 55*059,24 8.850,23 16.659,04 Verlichting, verwarming en schoon houden van schoolgebouwen. 140.705,87 25.672,17 40.806,13 Kosten van schoolbibliotheken. 3*645,42 856,45 1.612,65 Andere uitgaven ter verzekering van de goede gang van het onderwijs. 13.020,29 1.690,55 2.982,18 Totaal 238.125,29 37.987,30 66.883,49 De uitgaven voor het openbaar gewoon lager, voortgezet gewoon lager en uitgebreid lager onderwijs moeten nog worden verminderd met onderscheidenlijk 7.585,83, 1.448,55 en 9.562,75 wegens opbrengst, voortvloeiende uit de verhuur van schoollokalen voor particuliere lessen, alsmede met de kosten van verlichting, verwarming enz. komende ten laste van de middelbare handelsavonds- school, de school tot opleiding van leidstersbij het kleuteronderwijs en het in de Wissesdwingerschool ondergebrachte bureau van de schoolartsen. Het juiste kostenbedrag van het openbaar lager onderwijs bedroeg derhalve over 1957: a. voor het gewoon lager onderwijs 238.125,29 - 7.585,83 230.539,46; b. voor het voortgezet gewoon la ger onderwijs 57.987,30 - 1.448,55 36.538,75; c. voor het uitgebreid lager onder wijs 66.883,49 - 9.562,75 57.320,74. Indien een school in bruikleen wordt gegeven, ontvangt een schoolbestuur geen vergoeding van de kosten van instandhouding, aangezien de onderhoudskosten van deze schoolgebouwen rechtstreeks ten laste van de gemeente komen. Het noodschoolgebouw in de Dirk Boutsstraat is met ingang van 1 april 1957 ten behoeve van de school voor u.l.o. in bruikleen afgestaan aan het bestuur der Vereniging tot stichting en instandhouding van scholen met de Bijbel te Huizum. In verband hiermede zullen dus de kosten van het openbaar uitgebreid lager onder wijs, zonder de kosten van instandhouding, eveneens moeten worden vastgesteld. De kosten van het openbaar uitgebreid lager onderwijs bedroegen over 1957 f 57.320,74. De kosten van instandhouding 4.823,49. Resteert dus 52.497,25. "Het"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1959 | | pagina 14