Ho. 10699.
DU RAAD D3R GEM33TT3 LE3UWARD31J;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 25 augustus 1959
(bijlage no. 252);
gelet op de artikolen 170 en 228 van de Gemeentewet;
B3SLUH
met de II.V. Bank voor Hederlandsohe Gemeenten een 4Ï rentende geldlening
aan te gaan, groot f. 530.000,tegen een koers van 99 en verder onder de
voorwaarden, vermeld in de bij dit besluit behorende ontwerp-overeenkomst van
geldlening.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadoring
van
Voorzitter
Secretaris
Beschikbaarstelling gelden voor leermiddelen en meubilair voor diverse
scholen van de Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs.
Bijlage no. 253. Leeuwarden, 31 augustus 1959-
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur der "Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs alhier,
verzoekt, krachtens artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920, gelden uit
de gemeentekas te mogen ontvangen voor de aanschaffing van:
1. leermiddelen voor de scholen voor u.l.o. Margaretha de Heerstraat 1 en
Karei Doormanstraat 22;
2. meubilair voor de school voor g.l.o. Willem Sprengerstraat 77-
De leermiddelen voor de scholen voor u.l.o. zijn nodig wegens uit
breiding van het aantal leerlingen. Bovendien moet voor het 2e leerjaar
van de school Margaretha de Heerstraat 1 een nieuwe methode voor het onder
wijs in de Duitse taal worden aangeschaft. Bij Uw besluit d.d. 27 augus
tus 1958 no. 11145 is n.l. medev/erking verleend voor de aanschaffing van
een nieuwe methode Duits voor het 1e leerjaar, daar de in gebruik zijnde
methode niet werd herdrukt en aanvulling dus niet meer kon plaats hebben.
Voor dit deel der aanvrage zal artikel 72 der wet dus van toepassing zijn.
Wat de aanschaffing van meubilair voor de school voor g.l.o. aan de
Willem Sprengerstraat betreft, delen wij U mede, dat ons is gebleken, dat
het aangevraagde meubilair niet op de school aanwezig is, zodat hier
sprake is van eerste inrichting en artikel 72 dus eveneens moet worden
toegepast
Aangezien door de aanvrage van het schoolbestuur de normale eisen
aan het geven van lager onderwijs te stellen, niet worden overschreden,
behoort naar ons oordeel de gevraagde medev/erking te worden verleend.
Wij geven U daarom in overweging te besluiten overeenkomstig het hier
na volgende ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 9 september 1959-
