Bij de in de tweede alinea bedoelde onderhandelingen is alleen gesproken over de loonbedragen, zoals die in de onderscheidene begrotingen tot uit drukking zijn gebracht. Aangezien zulks alleen het geval is ten aanzien van door de hoofdaannemer te betalen lonen, toeslagen en sociale lasten menen wij, dat voor de door de onderaannemers te betalen hogere lonen etc. geen vergoeding door de gemeente behoeft te worden betaald. De aannemer kan zich met deze interpretatie niet verenigen. Van die zijde wordt gestel dat het compromis is getroffen om de risicoverrekening niet achteraf doek reeds aanstonds te doen plaats vinden. Een risicoverrekening achteraf heeft plaats over de totaliteit van het werk; het wezen van deze verre kening mag niet worden aangetast door thans de risicoregeling op bepaalde onderdelen buiten toepassing te verklaren. Aangezien de aannemer het ech ter op prijs stelt, dat er spoedig terzake van de definitieve aanneemoom volledige overeenstemming bestaat, opdat niet gedurende lange tijd met voorlopige aanneeinsommen zal moeten worden gewerkt -hetgeen tot velerlei verwikkelingen aanleiding kan geven- en dat de prettige verhouding bij d» uitvoering van het eerste werk zal worden gecontinueerd, heeft deze na rijp beraad besloten genoegen te nemen met een vergoeding voor de geste gen lonen, begrepen in de onderaannemersposten metselwerk, voegwerk, vlechtwerk en leggen hollith dekvloeren. Hot totaal bedrag van deze vergoe ding bedraagt 10.905,04. Hier komt nog bij, dat onder vigeur van de oude C.A.O. voor het Bouwbedrijf de werknemers werden beloond volgens twee loongroepen. De nieuwe C.A.O. kent evenwel 5 loongroepen. Er heeft der halve eon inpassing in de nieuwe loongroepen moeten plaats vinden. De Stichting Bureau Documentatie Bouwwezen werd hiermede geconfronteerd bij de berekening van de bovengenoemde bedragen. Aangezien terzake nog geen gegevens beschikbaar waren heeft de aannemer desgevraagd geheel vrij blijvend medegedeeld, hoe die inpassing vermoedelijk zou plaats vinden, daarbij het recht voorbehoudende, dat achteraf verrekening zou geschie den op basis van de feitelijke gegevens. Inmiddels is reeds gebleken, dat de verwachting van de aannemer te optimistisch is geweest. Er kan nu al worden berekend, dat de feitelijke groepsindeling een verhoging van de loonpost van 5-500,-- tot gevolg zal hebben. De aannemer is bereid met een op genoemd bedrag gefixeerde vergoeding genoegen te nemen. Als gevolg van de gereleveerde vergoedingen zal ook de post omzetbelasting met 2.085,91 toenemen. De totale vergoeding die de aannemer aldus nog toe komt voor het eerste complex woningen bedraagt alzo 69-530,49 of 362,14 per woning. Wij kunnen ons met het voorstel van de aannemer verenigen. Ook de Minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid stomt met de vermelde regeling in. Vervolgens delen wij U mede, dat zowel bij de aannemer als bij onze gemeente door de aangebrachte wijzigingen de administratie van deze bouw minder overzichtelijk is geworden en gemakkelijk aanleiding kan geven tot het maken van vergissingen. Met het oog daarop komt het ons gewenst voor de aanneemsom, zowel voor het eerste complex van 192 'woningen als voor do volgende drie, volkomen identieke complexen, op basis van bestek en tekeningen, behorende bij het contract voor het eerste werk -besteks wijzigingen derhalve buiten beschouwing gelaten- te fixeren op een vast en voor alle complexen gelijk bedrag. Dit kan geschieden door de voor het eerste complex geldende aanneemsom ad 2.717.164,-- ook aan te houden voor de volgende complexen, doch door daarbij te tellen de verhoging, die deze som gemiddeld per complex moet ondergaan. Zoals gemeld bedraagt deze verhoging voor het eerste complex 69,550,49. Voor het 2e, 3e en 4e werk zal de verhoging bedragen: stijging directe loonkosten, conform de voor het eerste complex getrof fen regeling (exclusief omzetbelasting) 67.444,56 algemene onkosten (volgens artikel 7 van de basisover eenkomst naar rato van 4 rfo) 3.065,68 winst (volgens artikel 7 van de basisovereenkomst naar rato van 5 3.832,10 omzetbelasting 2.299,26 "De" 76.641 ,62 De verhoging voor de vier complexen tezamen wordt alzo 299*455:35 gemiddeld per werk 74.864,--, d.i. per woning 390,--. De aanneemsom per complex wordt derhalve 2.792.028,—. Hierbij dient te worden aange tekend, dat de peildatum voor alle vier werken wordt gesteld op 1 augus tus 1958. Zoals wij in de derde alinea van dit schrijven reeds vermeldden, zal ook nog een verrekening moeten plaats vinden van het verschil tussen de prijzen van bouwstoffen per 1 augustus 1958 en 1 april 1958. Het is tot dusver niet mogelijk geweest dit bedrag te berekenen, alhoewel wel vast staat, dat dit bedrag minimaal zal zijn. Het is naar onze mening niet ge wenst om op de resultaten van deze risicoverrekening te wachten. Het ver dient daarom aanbeveling te bepalen, dat de onderhavige en zeer onderge schikte risicoverrekening zal plaats hebben aan het eind van elk werk. Ter oriëntatie vermelden wij nog, dat wij de voorlopige huurprijs van de onderhavige woningen aanvankelijk hebben berekend op 12,70 per week. In verband met de aanleg van een centraal antennesysteem (kosten 17.600,bovenvermelde gemiddelde stijging van de aanneemsom, een stijging van de rente tijdens de bouw en de kosten van extra toezicht 13.000,per complex) zal de voorlopig berekende gemiddelde huur met 0,50 per week tot 13,20 stijgen. Zoals U bekend is, is in november 1958 begonnen met de bouw van het eerste complex van 192 woningen. Volgens de basisovereenkomst moest be gin juni j.l. worden begonnen met de tweede tranche. Alhoewel het overleg over de aanneemsom nog niet was geëindigd waren wij niettemin gehouden opdracht te geven tot uitvoering van dit werk. In overleg met de Minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid hebben wij hiertoe dan ook besloten. Begin december a.s. zal met de derde tranche moeten worden begonnen. Het komt ons, gezien het bovenstaande, bepaald overbodig voor Uw Raad voor al le complexen afzonderlijk een voorstel te doen om tot de bouw en tot onders- handse aanbesteding daarvan te besluiten. Immers door het sluiten van de basisovereenkomst is de principiële beslissing reeds genomen, ook wat het tempo betreft, terwijl bij aanvaarding van de bovengeschetste regeling ook de prijs vaststaat, uiteraard de risicoregeling buiten beschouwing gelaten. Het wil ons dan ook jui3t voorkomen, indien thans, onder wijziging van Uw besluit van 25 juni 1958, no. 8492b, besluit over te gaan tot de bouw van de resterende 3 complexen van 192 woningen in het uitbreidingsplan '"t Heechterp", tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de daarme de gemoeide grond- en bouwkosten, tot het aanvragen en aanvaarden van voor schotten en bijdragen uit 's Rijks kas ten behoeve van de bouw en de ex ploitatie van deze woningen en tot onderhandse aanbesteding van de werken. In overeenstemming met het gevoelen van de financiële commissie geven wij U dan ook in overweging een besluit vast te stellen a.ls in ontwerp hierna is afgedrukt. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Keulen, Burgemeester. de Jong, Secretaris. "Verzonden 21 oktober 1959*

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1959 | | pagina 434