I
Verpachting van gardeniersland, gelegen ten zuiden van de Huizumerlaan,
aan B.C. Galema, alhier.
Bijlage no. 318. Leeuwarden, 11 november 1959
Aan de Gemeenteraad.
Op 5 maart 1958 is de pacht geëindigd van de percelen gardeniersland,
gelegen ten zuiden van de Huizumerlaan, kadastraal bekend gemeente Huizum,
sectie B, nos. 2305, 4225 en 4676, ter gezamenlijke grootte van 1.41.40 ha.
De pachter, de heer B.C. Galema, Huizumerlaan 20, alhier, heeft ons
verzocht te willen bevorderen, dat de onderhavige percelen opnieuw aan hem
worden verpacht en wel voor een duur van zes jaren.
Wij hebben dit verzoek niet direct kunnen afdoen in verband met het
feit, dat geen zekerheid bestond omtrent de mogelijkheid tot realisering
van plannen voor de bouw van een kleuterschool op een gedeelte van het in
pacht gevraagde terrein. Hier komt nog bij, dat voor het gebied, waarin de
onderhavige gronden zijn gelegen, een uitbreidingsplan, genaamd
1111 Aldlan"wordt voorbereid. In verband met de te verwachten stedebouw-
kundige ontwikkeling in dit gebied hebben wij dan ook bezwaar tegen inwil
liging van het verzoek om verpachting voor een periode van zes jaren. Naar
onze mening dient deze periode te worden beperkt tot drie jaren. Na afloop
hiervan kan alsnog worden nagegaan, of een verdere verpachting mogelijk
zal zijn. De pachter heeft zich met het vorenstaande kunnen verenigen.
Ook ten aanzien van de pachtprijs, welke wij na ingewonnen advies van
de Deskundige der Gemeentelanderijen menen te moeten stellen op 4255
per jaar, is met de pachter overeenstemming bereikt.
Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten
overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp.
De ontwerp-pachtovereenkomst ligt bij de stukken ter inzage.
Burgemeester en "Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 12 november 1959-