No.1^548. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN} Gelezen het voorstel van Burgemeester en 7/ethouders van 1 december 1959 (bijlage no. 328); BESLUIT van de Baptisten Gemeente te Leeuwarden om niet in eigendom over te nem cle grond van de vóór het perceel Uoordvliec no. 11, gelegen stoep, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sec tie G, no. 13397onder de volgende voorwaarden: 1de grond wordt overgedragen met alles wat daarop of daarin aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daar aan verbenden rechten, doch vrij van hypotheek; 2. bij trottoiraanleg door de gemeente krijgt de overdragende partij desverlangd de beschikking over het uitkomende materiaal; dit mate riaal wordt zonodig door de gemeente kosteloos vervoerd naar een door de eigenares aan te wijzen plaats binnen de gemeente; 3. wanneer tengevolge van trottoiraanleg werkzaamheden aan de gevel van het perceel lloordvliet no. 11 nodig zijn, geschieden deze door en voor rekening van de gemeente; 4. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van overdracht 5. alle lasten van de grond komen vanaf de onder 4 bedoelde dag voor rekening van de gemeente; 6. de vervreemdster is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 7. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek; 8. alle op de grondoverdracht vallende kosten komen voor rekening van de gemeente. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verbetering van de walmuren aan de Voorstreek en Over de Kelders en van de Korfmakerspijp. Bijlage no. 329- Leeuwarden, 2 december 1959- Aan de Gemeenteraad. Tengevolge van de zeer slechte toestand, waarin de walmuren aan de oost zijde van de Voorstreek, tussen de Korfmakerspijp en de Vismarktpijp, vor keren, hebben wij ons genoodzaakt gezion ter plaatse boven het grachtwater een stempelwerk te doen aanbrengen, waardoor een verdere verzakking kon wor den voorkomen. Het spreekt vanzelf, dat de thans bostaande situatie aan deze belangrijke winkelstraat niot kan worden gehandhaafd en dat zo spoedig mogelijk defini tieve voorzieningen aan de betreffende walmuur moeten worden getroffen. In verband daarmede hebben wij de directeur der Openbare Werken verzocht hier voor de nodige plannen te ontwerpen on bij ons in te dienen. Een nader onderzoek heeft daarna uitgewezen, dat ook de walmuur langs Over de Kelders, tussen de Brol en do Korfmakerspijp vernieuwing behoeft, zo dat ook dit gedoolte bij het ontwerpen van de plannen moest worden betrokken. Tussen deze beide walmuurgedeeltcn ligt de Korfmakerspijp. De situatie bij deze pijp op verkeersgebied is verro van ideaal te noemen. De rijwegen, waarlangs het ter plaatse zeer drukke vorkeer zioh beweegt, zijn te smal, ter wijl ook de zioh naast de rijwegen bevindende trottoirs te weinig ruimte bie den voor de (winkelende) voetgangers. In het algemeen kan worden gezogd, dat de huidige gang van het uit het noordon komende verkeer, dat zich naar de Voorstreek en de Nieuwestad beweegt, onbevredigend is; een der meest in hot oog springende knelpunten in deze belangrijke verkeersader in de binnenstad is echter de Korfmakerspi jp. "Wij menon dan ook, dat een verbetering van do situatie op dit punt zeer urgent is en dat zulks het beste kan wordon uitge voerd tegelijk mot de verbetering van do walmuren ter weerszijden van deze pijp- De door de directeur der Openbare ïïorken ontworpen plannen zijn dan ook op het vorenstaande gebaseerd. Volgons deze plannen, welke bij do stukken voor U ter inzage zijn gelegd, zal de Korfmakerspijp in zuidelijke richting met 17-60 m worden verlengd en in noordelijke richting met 4-00 m. Hierdoor wordt bereikt, dat do tor plaatse bestaande zeer smalle doorgangen behoorlijk kunnen worden verbreed, terwijl ook de trottoirs oen vorbreding kunnen ondergaan. Inkorting van de gracht tussen de Brol en de Korfmakerspijp zal leiden tot enige schaalvergroting in het stadsbeeld, die echter zeer zeker niot een achteruitgang behoeft te betekenen. Hot aanzien van de fronton aan beide zijden van de pijp is, wat betreft pijpvorm en leuningen, geheel gelijk aan het bestaande, zodat hot karakter van do gracht en van de pijp niet zal worden aangetast. Een onderzoek van do pijp heeft voorts uitgowozen, dat hot noodzakolijk is de pijp aan do noordzijde over oen lengte van 14.60 m te vernieuwen. Deze vernieuwing houdt in, dat de bestaande pijp tot do geboorte van de hoog (dit is tot 80 cm F.Z.P.zal worden afgobroken en daarna van oen nieuwe boog van gewapend beton zal worden voorzien. Daar waar do pijp wordt vorlongd, zal de fundering van do boog bestaan uit palen ter lengte van 15 m. De te vernieuwen walmuurgedeeltcn zullen bestaan uit een muur van gewapend beton, die ingeklemd wordt in een voetplaat van gewapend beton. Deze voet plaat wordt gefundeerd op palen, eveneens ter lengte van plm. 15 m; do schuin naar achteren gerichte palen onder do voetplaat (trekpalen) zijn 10 m lang. De muur zal wordon bekleed met halfsteens metselwerk. Door enige versmalling van de gracht tussen de Korfmakerspijp en Vismarktpijp is het mogelijk do rijweg langs do Voorstreek oostzijde over do volle lengte op een breedte van 5.00 m te brengen. "Het"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1959 | | pagina 473