No. 15614.
DE RAAD DER GEUEEIITE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 2 decem
ber 1959 (bijlage no. 336);
Gelet op de artikelen 170 en 228, sub a, der Gemeentewet!
BESLUIT
met de stichting "Leeuwarder Industriegebouwen", gevestigd te Leeuwar
den, hierna genoemd "de stichting", een overeenkomst aan te gaan tot
het verstrekken van een geldlening, groot f. 710-955 (zevenhonderd
tienduizend negenhonderd en vijf en vijftig gulden), of zoveel meer
of minder als voor het stichten van vier industriehallen benodigd zal
zijn, en wel onder de volgende voorwaarden:
1. De geldlening zal, tegen een koers van 100$, door de gemeente wor
den verstrekt naarmate de bouw van de vier industriehallen, het
bouwrijp maken en de eigendomsoverdracht van de grond door de ge
meente, dit naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders van
Leeuwarden, vorderen.
2. De voldoening van de verschenen termijnen der geldlening geschiedt
door storting op een door Burgemeester en Wethouders te bepalen
wijze.
3- De stichting zal van het onafgeloste gedeelte van de geldlening een
rente betalen van vier er. een half procent (4"s$) per jaar, jaar
lijks te voldoen op de hierna te vermelden tijdstippen.
4. De stichting verbindt zich om van de geldlening
a. een bedrag van f. 604-000,-- of zoveel meer of minder als de
bouwkosten van vier industriehallen zullen hebben bedragen, af
te lossen op basis van de aflossingsbestanddelen van een 50-
jarige 4"gannuïteitslening, de eerste aflossing te voldoen een
jaar na de gemiddelde vervaldag der termijnen, waarin de lening
is opgenomen;
b. een bedrag van f. 15.000,-- of zoveel neer of minder als de kos
ten van het maken van een elektrische installatie in de hal op
het industrieterrein '.Vest zullen hebben bedragen, af te lossen
op basis van de aflossingsbestanddelen van een 20-jarige 4'è$
annuïteitslening, de eerste aflossing te voldoen een jaar na de
gemiddelde vervaldag der termijnen, waarin de lening is opgeno
men;
c. een bedrag van f. 91-955»-- of zoveel meer of minder als de
grondkosten van de vier industriehallen zullen hebben bedragen,
af te lossen in dén bedrag, 50 jaar na de gemiddelde vervaldag
van de termijnen, waarin de geldlening is opgenomen.
5. De stichting verbindt zich de rente, verschuldigd voor de gedeel
ten van de geldlening, welke betrekking hebben op de bouwkosten
van de te bouwen hallen en op de kosten van het maken van een elek
trische installatie in één dor hallen, te voldoen in jaarlijkse
annuïteiten, als genoemd onder sub 4 - en h en de rente ver
schuldigd voor het gedeelte van de geldlening, dat betrekking
heeft op de grondkosten, eenmaal per jaar te voldoen, voor de
eerste maal een jaar na de gemiddelde vervaldag van de termijnen,
waarin de geldlening is opgenomen.
- 6. De -