Onteigening van gronden ten behoeve van de aanleg van het zuid-oostelijke
gedeelte van de ringweg.
Bijlage no. 351. Leeuwarden, 25 december 1959*
Aan de Gemeenteraad.
In ons voorstel van 25 december 1959 (bijlage no. 5&0) hebben wij U
voorgesteld ons kredieten beschikbaar te stellen voor de uitvoering van
verschillende werken,, nodig voor de aanleg van de ringweg.
Een aantal van de voor de uitvoering van deze werken benodigde gron
den is reeds eigendom van onze gemeente, doch het merendeel der gronden
is nog particulier eigendom.
Met de betrokken eigenaren worden momenteel onderhandelingen gevoerd
omtrent aankoop van deze gronden door onze gemeente. Wij hopen, dat deze
onderhandelingen tot een gunstig resultaat zullen leiden.
Wij zijn evenwel van mening, dat het niet verantwoord is het uiteinde
lijke resultaat van de onderhandelingen af te wachten met de kans dat - al
v/as het maar met dén eigenaar - niet tot overeenstemming wordt gekomen. Om
de daaruit voortvloeiende ernstige vertraging te voorkomen lijkt het ons
gewenst dat een besluit tot onteigening wordt genomen, opdat op grond daar
van, ingeval onverhoopt langs minnelijke weg geen overeenstemming kan wor
den bereikt, de rechtbank kan worden gevraagd de onteigening uit te spre
ken.
Voorzovecl het zuidoostelijke gedeelte van de ringweg betreft zal
deze onteigening dienen te geschieden op grond van titel Ha van de Ont
eigeningswet, volgens welke de onteigening voor aanleg van wegen kan ge
schieden uit kracht van een door Hare Majesteit de Koningin, de Raad van
State gehoord, genomen besluit.
Aan Hare Majesteit de Koningin zal derhalve moeten worden verzocht
tot onteigening te willen besluiten.
Wij hebben te dien einde een onteigeningsplan gemaakt, hetwelk bij de
stukken voor U ter inzage ligt.
Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten
Hare Majesteit de Koningin te verzoeken tot de hierbedoelde onteigening
over te gaan en ons op te dragen daartoe tot Hare Majesteit de Koningin
een gemotiveerd verzoek te richten.
Volledigheidshalve merken wij op, dat voor het noordelijke gedeelte
van de ringweg een onteigeningsplan in voorbereiding is.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
A.A.M. van der Heulen, Burgemeester
de Jong, Secretaris.
Verzonden 23 december 1959-