I 0n j No. 14741. DE RAAD DER GEMEENTE LEE WARDEN} Gelezen een op 4 oktober j.l. ingekomen aanvrage van het bestuur der Vereniging tot stichting en instandhouding van scholen met de Bij bel te Huizum, om gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor i aanschaffing van meubilair en verduisteringsgordijnen ten behoeve va de onder zijn bestuur staande school voor gewoon lager onderwijs aan de Carel Fabritiusstraat, alhier; overwegende, dat de aanvrage voldoet aan de in artikel 73 der Lager-onderwijswet 1920 gestelde eisen; dat door inwilliging van de aanvrage de normale eisen aan het geven van lager onderwijs te stellen, niet zullen worden overschreden; gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders van 7 novembe S r-7 1960 (bijlage no. 267) BESLUIT de gevraagde medewerking te verlenen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter, Secretaris, Beschikbaarstellen van een krediet ten behoeve van het doen samenstel len van een voorlopig ontwerp voor het uitbreiden en gedeeltelijk ver nieuwen van het stadhuis Bijlage no. 268 Leeuwarden, 9 november i960. Aan de Gemeenteraad. Het is sinds lang dringend nodig, dat het stadhuis uitgebreid en vernieuwd wordt» In welke mate dat het geval is, moge U blijken uit de lijst van ruimten, waaraan behoefte bestaat, welke wij bij de stukken voor U ter inzage hebben gelegd. Daar U het stadhuis kent, wil het ons voorkomen, dat die lijst reeds op zichzelf voor U voldoende duidelijk is en een toelichting daarop dus wel achterwege mag blijven. Volgens ir. J. Kuiper van het architectenbureau Kuiper, Gouwe tor en De Ranitz te Rotterdam, dat het plan voor de sanering van de binnenstad voorbereidt, kunnen de nodige ruimten op en bij de bestaande plaats van het stadhuis gevonden worden. Toch moet de vraag worden beantwoord, of het niet beter is op een andere plaats een geheel nieuw stadhuis te laten bouwen. Wij beantwoor den die vraag ontkennend en wel wegens de volgende redenen: 1. Nu er op de huidige plaats voldoende gelegenheid bestaat om tot een bevredigende oplossing van het ruimteprobleem te komen, is verplaat sing van dczetel van hot stedelijk bestuurscentrum in verband mot de ruimte niet noodzakelijk. 2. liet stadhuis is thans zeer centraal gelegen, terwijl de situering aan het Raadhuisplein, het Hofplein en het Gouverneursplein gunstig genoemd kan worden. 3. Voorzover het stedebouwkundige beleid, dat ten aanzien van de t:nnen- stad gevoerd zal moeten worden, zich thans aftekent, past daarin, de handhaving van het stadhuis op dit punt uitstekend. Ook bij de verde re verwezenlijking van de plannen tot uitbreiding van de stad zal het stadhuis zijn centrale ligging ten volle behouden. 4» Bij een uitbreiding en gedeeltelijke vernieuwing zal het veest waar devolle gedeelte van het tegenwoordige stadhuis behouden en overeen komstig zijn oorspronkelijke bestemming in gebruik kunnen blijven. 5» In of nabij hot centrum van de stad zal geen andere plaats gevonden kunnen worden, die enigszins gelijkwaardig is te achten aar. het punt, waar het stadhuis thans staat. Op grond van het vorenstaande achten wij het wenselijk, dat aan een architectenbureau een opdracht wordt verstrekt tot het samenstellen van een schetsontwerp voor de uitbreiding en gedeeltelijke vernieuwing van het stadhuis. Naar ons oordeel komt het bovengenoemde architectenbureau, in verband ook met de samenhang van dit project met de plannen voor de binnenstad, voor een zodanige opdracht het meest in aanmerking. Bedoeld bureau is bereid deze opdracht te aanvaarden. De uitvoering er van zal naar raming een uitgaaf van 20.000,-- vergen. Wij stellen U mitsdien voor ons voor het bovenomschreven doel een krediet tot genoemd bedrag te verlenen. ft Verzonden 9 november i960. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.I1. van der Meulen, Burgemeester. de Jong, Secretari; y;v\ Vb/. ?g.:

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1960 | | pagina 473