Bijlage no. 292. Leeuwarden29 november i960. Aan de Gemeenteraad. Bij het lager onderwijs bestaat de mogelijkheid om, naast de gewone lagere school, afwijkende schooltypen te creëren voor die kinderen, die om bepaalde redenen het gewone onderwijs niet of zeer beswaarlijk kunnen volgen. Het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949? dat ter voldoening aan de artikelen 4 en 71 van de Lager-onderwijswet 192 0 regelen hierom trent geeft, kent veertien soorten scholen voor buitengewoon lager onder wijs. In de gemeente Leeuwarden komen hiervan tot dusverre voor scholen voor debielen, voor imbecillen, voor ziekelijke kinderen en voor kinderen, wier ouders een trekkend bestaan leiden (schipperskinderen en kinderen van woonwagenbewoners Hoewel het uiteraard niet mogelijk en ook niet nodig is, dat in deze gemeente scholen worden in stand gehouden voor alle vormen van buitenge woon lager onderwijs, welke het aangehaalde Besluit b.l.o. 1949 noemt, be staat er toch behoefte aan een grotere differentiatie binnen het lager on derwijs. ïïij hadden reeds geruime tijd de indruk, dat met name behoefte bestaat aan een school voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden. Dit is voor ons aanleiding geweest een onderzoek in te stellen naar de noodzaak en de mogelijkheid om hier ter stede te konen tot de oprichting van een of wellicht meer scholen van het genoemde type. Bij dit onderzoek hebben wij mede in aanmerking genomen het in 1959 uitgebrachte rapport van de door Gedeputeerde Staten van Friesland ingestel de adviescommissie voor het onderwijs aan kinderen net leer- en opvoedings moeilijkheden alsmede aan ons college uitgebrachte ambtelijke rapporten. Wij menen de inhoud van deze rapporten, die voor U bij de stukken ter in zage zijn gelegd, hier niet uitvoerig te hoeven weergeven doch te mogen volstaan net een samenvatting van de gevolgtrekkingen waartoe ons college op grond van het ingestelde onderzoek is gekomen. De algemene ontwikkeling van het lager onderwijs toont een duidelijke neiging tot het brengen van meer differentiatie in de vormen, waarin dit onderwijs wordt gegeven. Ten aanzien van deze ontwikkeling vertoont de ge meente Leeuwarden, in vergelijking tot overeenkomstige gemeenten, een achter stand, met name waar het betreft het onderwijs aan kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden. Bij de deskundigen op het gebied van hot buitenge woon lager onderwijs bestaat echter algemeen de overtuiging, dat aan een dergelijk schooltype te Leeuwarden zeker behoefte bestaat en deze overtuiging wordt gesteund door de ervaringen, welke bij het gewoon lager onderwijs wor den opgedaan. Ueermalen blijkt hier, dat kinderen, die toch stellig niet op een school voor debielen thuishoren, niet of slechts zeer bezwaarlijk het on derwijs op een gewone lagere school kunnen volgen omdat op deze school on voldoende aandacht aan hun speciale moeilijkheden kan worden geschonken. Veel al mislukken deze kinderen daardoor min of meer terwijl dit heel vaak, wan neer de nodige zorg aan hen had kunnen worden besteed, niet nodig zou zijn geweest Voor deze kinderen, voorzover hun moeilijkheden althans niet recht streeks uit een lichamelijk gebrek voortkomen, kan het in het bijzonder op hun problemen ingestelde onderwijs aan een school voor kinderen, met leer- en opvoedingsmoeilijkheden een oplossing bieden. Hoewel de behoefte aan een dergelijk schooltype dus wel als vaststaand kan worden aangenomen blijft daarnaast nog de vraag te beantwoorden of deze behoefte van voldoende omvang is om do oprichting van een school te rechtvaardigen. Stichting van een openbare school voor kinderen net leer- en opvoedings moeilijkheden. "Concrete

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1960 | | pagina 504