Ho. 4594-
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 31 maart
1961 ("bijlage no. 98);
gelet op de artikelen 170 en 228, sub a, der Gemeentewet;
BESLUIT:
met de "Stichting Leeuwarder Industriegebouwen"gevestigd te Leeuwar
den, hierna genoemd "de stichting", een overeenkomst aan te gaan tot
het verstrekken van een geldlening, groot f 629.285,(zeshonderd
negen en twintig duizend twee honderd en vijf en tachtig gulden), of
zoveel meer of minder als voor de uitbreiding van de industriehal aan
de Galvanistraathoek Marconistraat, benodigd zal zijn, en wel onder
de volgende voorwaarden:
1. De geldlening zal, tegen een koers van 1 OOjj, door de gemeente wor
den verstrekt naarmate de uitbreiding van de industriehal, het
bouwrijp maken en de eigendomsoverdracht van de grond door de ge
meente, dit naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders van
Leeuwarden, vorderen,
2. De voldoening van de verschenen termijnen der geldlening geschiedt
door storting op een door Burgemeester en Wethouders te bepalen
wij ze
3. De stichting zal van het onafgeloste gedeelte van de geldlening een
rente betalen van vier en een half procent (4-0 $4) per jaar, jaar
lijks te voldoen op de hierna te vermelden tijdstippen.
4. De stichting verbindt zich om van de geldlening
a. een bedrag van f 450.000,-- of zoveel meer of minder als de
uitbreidingskosten van de industriehal zullen hebben bedragen,
af te lossen op basis van de aflossingsbestanddelen van een
50-jarige 4-0 <fo annuïteitslening, de eerste aflossing te voldoen
een jaar na de gemiddelde vervaldag der termijnen, waarin de
lening is opgenomen;
b. een bedrag van f 125.000,-- of zoveel meer of minder als de kos
ten van het maken van een centrale verwarming, alsmede van een
elektrische verlichtingsinstallatie in de hal zullen hebben be
dragen, af te lossen op basis van de aflossingsbestanddelen van
een 15-jarige 4"g annuïteitslening, de eerste aflossing te vol
doen een jaar na de gemiddelde vervaldag der termijnen, waarin
de lening is opgenomen;
c. een bedrag van f 54*285,-- of zoveel neer of minder als de
meerdere grondkosten voor de hal zullen hebben bedragen, af te
lossen in één bedrag, 50 jaar na de gemiddelde vervaldag van
de termijnen, waarin de geldlening is opgenomen.
5. De stichting verbindt zich de rente, verschuldigd voor de gedeel
ten van de geldlening, welke betrekking hebben op de bouwkosten
van de uit te breiden hal en op de kosten van het maken van een
centrale verwarming alsmede van een elektrische verlichtingsinstal
latie in de hal, te voldoen in jaarlijkse annuïteiten, als genoemd
"onder"