No. 6148. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en "Wethouders van 29 april 1961 (bijlage no. 131), BESLUIT: I. aan te kopen van J. Semplonius, Spanjaardslaan 30, alhier, het perceel met opstal, plaatselijk gemerkt Spanjaardslaan no. 30, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie E, no. 796, groot 133 ca, voor een koopsom van 12.300,-- en verder onder de vol gende voorwaarden: 1. de grond wordt overgedragen met alles, wat daarop of daarin aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van hypotheek en huur; 2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van overdracht; 3. vanaf 2 mei 1961 komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke van het over te dragen perceel met opstal geheven wor den, voor rekening van de koopster; 4. het risico voor en het onderhoud van het gekochte komen van af de levering ten laste van de koopster; 5. de koopster is vanaf 2 mei 1961 tot aan de datum van het ver lijden van de akte van overdracht aan de verkoper een rente verschuldigd, welke rente wordt berekend naar 5 per jaar, over het bedrag ad 12.300,--; 6. de verkoper is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 7. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ont binding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek; 8. de op de overdracht vallende kosten, waaronder begrepen de makelaarsprovisie, komen voor rekening van de gemeente Leeu warden; I. het onder I bedoelde perceel met opstal onder te brengen in het Woningbedrijf. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verordening betreffende het verhuren van percelen in beheer bij het Woningbedrijf der gemeente Leeuwarden. Bijlage no. 132. Leeuwarden, 9 mei 1961. Aan de Gemeenteraad. Reeds enige tijd doet zich de behoefte gevoelen de Verordening omtrent het verhuren van woningen in beheer bij het gemeentelijk Woningbedrijf, vastgesteld bij Uw besluit d.d. 17 december 1952, no. 14476 (Gemeenteblad 1953, no. 2), op bepaalde onderdelen aan te vullen en te wijzigen. Zo achten wij het wenselijk dat in de verordening aan ons College de bevoegdheid wordt verleend om, behalve ten aanzien van de woningen, ook omtrent de andere bij het Woningbedrijf in be heer zijnde objecten tot verhuur te besluiten. V/ij denken hierbij met name aan pakhuisjes en bedrijfspanden, die in het Woningbedrijf zijn ingebracht. Omtrent de verhuur van dergelijke percelen dient thans telkens door Uw Raad een besluit te worden genomen, hetgeen extra administratieve bemoeiingen ver eist en de totstandkoming van de huurovereenkomsten en van de wijzigingen van die overeenkomsten vertraagt. Wij menen, dat er geen bezwaar tegen behoeft te bestaan onze uitvoeringsbevoegdheid op de aangegeven wijze enige uitbreiding te geven. Dit is voorts gewenst met het oog op de verhuur van autoboxen, welke behoren bij de in het Woningbedrijf in beheer zijnde woningen. In verband met twijfel omtrent de verplichtingen terzake bestaat er verder behoefte in de verordening te bepalen, dat de huurders verplicht zijn de gemeenschappelijke ruimten in flats (gangen, trappenhuizen en portalen etc1 schoon te houden met als sanctie op de niet-nakoming van die verplichting, dat die ruimten van gemeentewege voor rekening van de betreffende huurders worden schoongemaakt. De gehorigheid in meergezinswoningen maakt het verder wenselijk voorschriften vast te stellen om geluidshinder in die woningen to beperken. Wegens de omstan digheid, dat in de woningen van het Woningbedrijf behalve gasgeisers ook was machine-installaties en centrale antenne-systemen zijn aangebracht, dient in de verordening de mogelijkheid te worden verruimd een vergoeding voor van ge meentewege beschikbaar gestelde voorzieningen te vragen. De sanctie op het niet of niet volledig betalen van de verschuldigde huur (een boete) blijkt in de praktijk niet bevredigend te werken, hetgeen een herziening van die sanctie wenselijk maakt. Eveneens bestaat er aanleiding de berekening van de waarborg som, die de huurder als zekerheid voor de nakoming van zijn verplichtingen stort, te herzien. De bepaling in de verordening, dat het benodigde behangselpapier ter beschikking van de huurders wordt gesteld, vindt niet langer toepassing en behoort te vervallen. In verband met de vorenbedoelde aanvullingen en wijzigingen en met het oog op de wenselijkheid de redactie van de verordening op bepaalde punten te herzien, hebben wij een nieuwe Verordening betreffende het verhuren van per celen in beheer bij het Woningbedrijf ontworpen. Bij het ontwerp, dat wij U hierbij aanbieden, hebben wij een Memorie van Toelichting gevoegd, waarnaar wij verder mogen verwijzen. Op grond van het vorenstaande geven wij Uw Raad in overweging over te gaan tot vaststelling van het hierbij gaand ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M.van der Meulen, Burgemeester. de Jong, Secretaris. Verzonden 15 mei 1961'

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1961 | | pagina 233