No. 8692. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Overwegende, dat bij zijn besluit van 18 januari 1961 no. 426, voorlopige goedkeuring is verleend aan het plan tot onteigening in het belang van de Volkshuisvesting ten name van de gemeente Leeuwarden van de in de bij dat besluit behorende staat vermelde percelen en pcr- ccelsgcdcolten, teneinde uitvoering te geven aan het uitbreidingsplan 1,11 Ielan", vastgesteld bij zijn besluit van 1J mei 1959, no 5689, on goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Friesland bij besluiten van 1 februari i960 en 4 april 1960, respectievelijk no's 221 en 212; dat hot ovenbedoelde voorlopig goedgekeurde plan met de overige in artikel 80, tweede lid, der Onteigeningswet bedoelde stukken vanaf 23 januari 1961 gedurende dertig dagen ter inzage voor een ieder zijn nedergologd ter Secretarie, waarvan tevoren kennis is gegeven in ter plaatse verspreid wordende dagbladen, alsmede door aanplakking van een kennisgeving aan de pui van het Stadhuis; dat tegen de voorgenomen onteigening vijftien bezwaarschriften zijn ingekomen; dat deze beswaarschriften tijdig zijn ingediend endat de adres santen zijn aan te merken als belanghebbenden, als bedoeld in de Ont eigeningswet dat adressanten derhalve in hun bezwaren ontvankelijk moeten wor den verklaard; dat de bezwaren van adressanten als volgt kunnen worden samenge vat a. verlies van voor de eigenaren van grote waarde zijnde eigendommen; b. de omstandigheid, dat voor het te onteigenen goed, zoals woningen of bedrijfsgronden mot daarop staande gebouwen, moeilijk een ver vangend object kan worden verkregen, in sommige gevallen mede tot gevolg hebbend, dat het welhaast onmogelijk is in het noodzakelijk levensonderhoud te voorzien; c. de moeilijkheid om cp de buiten de onteigening blijvende gronden een economische bedrijfsvoering mogelijk te maken; d. waardedaling van een in eigendom blijvend perceelsgedeelte} dat het sub a bedoelde bezwaar ongegrond moet worden geacht, aan gezien de vergoeding van do waarde van de eigendommen op grond van de Onteigeningswet is verzekerd; dat het in het algemeen belang, de goede stedebouwkundige ont wikkeling van de stad Leeuwarden in het belang van de Volkshuisvesting noodzakelijk is uitvoering te geven aan bovenbedoeld rechtskracht heb bend uitbreidingsplan; dat aan de sub b bedoelde bezwaren tegemoet wordt gekomen door het toekennon van schadevergoedingen op grond van de Onteigeningswet en dat derhalve ook dit bezwaar ongegrond moet worden geacht; dat do sub c bedoelde bezwaren worden ondervangen bij do bepaling van de wegens onteigening te betalen schadevergoeding, terwijl aan dit bezwaar cvoneons kan worden tegemoetgekomen door overdracht van de buiten do voorgenomen onteigening blijvende gronden aan do Gemeente; dat hot sub d bedoelde bezwaarschrift betrekking heeft op de ont eigening van oen gedeelte va.n hot perceel kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sootie E, no. 3254: "dat"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1961 | | pagina 33