6. do koston van overdracht komen voor rekening van de gemeen Leeuwarden. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Wijziging elektriciteitstarieven voor kleinverbruikers. Bijlage no. 217. Leeuwarden, 10 juli 1961. Aan de Gemeenteraad. Bij Uw besluit van 28 december i960, nr. 16718, is met ingang van 1 januari 1961 voor nieuwe verbruikers de mogelijkheid om. stroom te gaan af nemen tegen het enkeltarief, het ruirate-enkeltarief of het ruimte-dubbelta- rief beëindigd en is een nieuw vastrecht-enkeltarief ingevoerd met een vast recht van 1,80 per eenheid per jaar en een stroomprijs van cent per kWh. Bij hot zelfde besluit is bepaald, dat verbruikers die tot 1 januari 1961 elektriciteit afnamen tegen het enkeltarief, het ruimte-enkeltarief of het ruimte-dubbeltarief, zulks zouden kunnen blijven doen, gedurende een door ons te bepalen termijn. Na een volledige uniformering van de gemeentelijke en provinciale stroomleveringsovereenkomsten voor de grootverbruikers beschikten wij door de invoering van het vastrecht-enkeltarief met ingang van 1 januari 1961 ook over een kleinverbruikerstarief, dat aansloot bij het provinciale ta rief voor huishoudelijke doeleinden het zgn. H-tarief. Inmiddels heeft de Provincie met ingang van 1 januari 1961 de groot verbruikerstarieven en met ingang van 1 maart 1961 de kleinverbruikersta- rieven verlaagd. Bij de Provincie werd deze verlaging onder meer mogelijk gemaakt door de ingebruikneming van een nieuwe produktie-eenhcid van 60 mw met een belangrijk hoger rendement dan de oudere eenheden. Voorts speelt ten aanzien van de kleinverbruikers de daling van de brandstoffenprijs een belangrijke rol. Anders dan bij de grootverbruikers wordt de brandstoffen- factor in de tarieven voor do kleinverbruikers niet afzonderlijk verrekend, doch is bij de vaststelling van de kleinverbruikerstarieven uitgegaan van de destijds geldende brandstoffenprijs De daling van do brandstoffenprijs sedert de tariefswijziging van 1957 met circa 20,per ton, levert op basis van het huidige kleinverbruik van oiroa 16.000.000 kWh voor de Gemeente een voordeel op van ciroa 160.000,-- per jaar. Daar staat evenwel tegenover dat de in de laatste jaren getroffen loon- en salarismaatregelen en de kapitaalslasten van de investeringen dermate kostenverhogend hebben gewerkt, dat het effect van de verlaging der brandstoffenprijs grotendeels verloren is gegaan. Wij hebben ons van meet af aan op het standpunt gesteld, dat een ver laging van de tarieven van het provinciaal elektriciteitsbedrijf diende te worden gevolgd door een gelijke verlaging van de tarieven van het gemeente lijk elektriciteitsbedrijf. Uit het vorenstaande blijkt evenwel dat de kost prijsverlagende factoren, die het provinciaal bestuur aanleiding hebben go- geven om tot verlaging van de tarieven over te gaan, voor de Gemeente deels niet hebben gegolden en deels niet het zelfde effect hebben opgeleverd. Het verheugt ons dan ook, dat het provinciaal bestuur voor deze situ atie begrip hoeft getoond en, vooruitlopende op de totstandkoming van het definitieve stroomcontractenige verlagingen van het inkooptarief heeft toegestaan waardoor de Gemeente schadeloos is gesteld voor de geldelijke gevolgen van de uniformering van de stroomleveringsovereenkomsten en de stroomprijsverlaging voor de grootverbruikers per 1 januari 1961, alsmede voor de nog in to voeren stroomprijsverlaging voor de kleinverbruikers. De door hot provinciaal bestuur verleende reductie bestaat hierin, dat voor elke ingekochte kWh 50 gram brandstoffen minder behoeft te worden be taald, hetgeen een voldoende compensatie oplevert voor de uniformering en verlaging van de grootverbruikorstarieven, terwijl als brandstoffenprijs zal worden aangehouden de prijs franco wal bij een gemiddelde stcokwaarde

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1961 | | pagina 58