Verordening op de heffing en invordering van schoolgelden voor het volgen van onderwijs aan gemeentelijke dag- en avondscholen en dag- en avond cursussen. Bijlage no. 258. Leeuwarden, 21 augustus 1962. Aan de Gemeenteraad. Voor de meeste vormen van dagonderwijs wordt schoolgeld geheven krach tens de bepalingen van de SchoolgeldwetVoor deze soorten var. onderwijs is dus geen plaats voor een gemeentelijke regeling. Voor de kleuterscholen is, overeenkomstig de bepalingen van de Kleuteronderwijswet, een gemeente lijke regeling vastgesteld. Ook voer andere soorten van onderwijs kan de Gemeente een regeling vaststellen, aangezien artikel 1, lid 2, van de Schoolgeldwet bepaalt, dat de regeling var. de heffing en invordering van het schoolgeld voor leerlingen van geheel of gedeeltelijk uit de openbare kassen bekostigde avondscholen cn dag- en avondcursussen geschiedt docr de instantie waar de scholen of cursussen van uitgaan. Op grond hiervan zal het schoolgeld voer het onderwijs aan de middel bare handelsavondschool, alsmede aan de aan deze school verbonden ver volgcursussen door de Gemeente geregeld moeten v;orden. Bit is ook het ge val voor het onderwijs, gegeven aan de opleidingsschool voor leidsters bij het kleuteronderwijsvoorzeveel betreft de middag- en avondopleiding (afd. B). Het verdient naar onze mening aanbeveling de schoolgeldregelingen voor bovengenoemde inrichtingen in e'e'r. verordening onder te brengen. Een gemeentelijke schoolgeldregeling voor de vervolgcursussen aan de middelbare handelsavondschool alsmede voor de opleiding voor de akte van bekwaamheid als hoofdleidster ontbreekt tot dusver. De schoolgeldregeling voor de middelbare handelsavondschool geschiedt krachtens besluit van Uw Raad van 50 augustus 1950, no. 7755. on is afge stemd op een cursusduur van 9 maanden. Bij Uw besluit van 1 juni 1955. no 7165, is de duur van de cursus nader bepaald op een jaar. Aanpassing van de verordening aan dc verlengde cursusduur wordt daarom voorgesteld. Als grondslag voor de berekening van het schoolgeld is in de bestaande verordening de ochoolgeldmaatstaf van de schoolgeldplichtige (in de regel de vader) genomen. V/ij achten deze regeling minder aanbevelenswaardig, omdat het merendeel van de cursisten eigen inkomsten geniet uit werkzaam heden, welke zij overdag verrichten en waarvan het school- of cursusgeld kan worden betaald. Het geval kan zich voordoen, dat de vader als zijnde "onbelast" niet voor het schoolgeld in aanmerking komt, terwijl uit do verdiensten van de leerling ruimschoots schoolgeld kan worden betaald. Bij Uw besluit van 11 december 1957, no. 10915, is hot aantal lesuren per week voor de leerjaren 1 en 2 op ten hoogste 10 en voor do leerjaren 5, 4 en 5 op ton hoogste 11 bepaald. Indien de vergoeding op 5.voor elk wekelijks lesuur por heffingstijdvak wordt gesteld, wordt een op brengst van plm. 50,-- per leerling verkregen. Rekening houdend mot on vermogen van enkele leerlingen kan dc gemiddelde opbrengst op 25,-- per leerling worden gesteld, waarbij wordt voldaan aan do voorwaarde tor ver krijging van Rijkssubsidie voor do middelbare handelsavondschool. Overigen worden enkele techniscne wijzigingen voorgesteld en dient de bestaande verordening te worden ingetrokken. Ton aanzien van hot heffen van schoolgeld voor hot volgen van hot on derwijs aan de vervolgklasscn van genoemde school hoeft de minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen bij brief van 1 oktober 1956 medege deeld, dat bij ccn schoolgeldmaatstaf van 100,of moer een schoolgeld van 50,-- por vak van onderwijs verschuldigd moet zijn on bij een maat staf van minder dan 100,oor. bedrag van 25,por vak van onderwijs.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1962 | | pagina 203