Stichting tot onderhoud, van de Stadhouderlijke grafruimte in de Grote Kerk. Bijlage no. 333- Leeuwarden, 22 oktober 1962. Aan de Gemeenteraad. Mede in verband met het feit dat onze Gemeente in het verleden bij dragen heeft verleend in de kosten, verbonden aan de restauratie van het koor van de Grote Kerk, alhier, heeft het onderhoud van de in dit koor aanwezige Stadhouderlijke grafruimte al geruime tijd onze aandacht. Naar aanleiding van ons voorstel d.d. 17 mei 1956 (bijlage no. 124 tot het raadsverslag) besloot Uw Raad een krediet van 1.000,-- beschikbaar te stellen, als bijdrage in een door belanghebbende lichamen gezamenlijk te vormen fonds, waaruit de onderhoudskosten van de graftombe zouden kunnen worden bestreden. De destijds gevoteerde geiden zijn evenwel niet uitge keerd, omdat het beoogde fonds tot op heden niet is gesticht. Intussen heeft een op initiatief van het Uitvoerend comité Fries Huldeblijk 1948 gevoerd overleg met de daarvoor in aanmerking komende in stanties over de vraag, op welke wijze de samenwerking zal kunnen worden bewerkstelligd, de mogelijkheid aangetoond om tot de gezamenlijke oprich ting van een zodanig fonds te geraken. Als beheersvorm voor het te creëren fonds heeft de figuur van een voor dat doel in het leven te roepen stich ting de voorkeur. In deze stichting zal behalve door de kerkvoogden van de Hervormde Gemeente te Leeuwarden moeten worden deelgenomen door de provincie Friesland en onze Gemeente. Blijkens het opgestelde ontwerp van haar statuten zal de beoogde stichting zich ten doel stellen het waarborgen van het tot de zorg van de Kerkvoogden behorende onderhoud van de zich in de Grote Kerk te Leeuwar den bevindende Stadhouderlijke grafruimte, zulks overeenkomstig het be paalde in de tussen de Stichting en de Kerkvoogden te sluiten overeen komst. De geldmiddelen van de Stichting zullen bestaan uit een te vormen stichtingskapitaal, alsmede uit schenkingen, erfstellingen en legaten, welke aan de Stichting ten deel vallen en uit andere inkomsten, waaronder een jaarlijkse bijdrage ad 100,-- van de Kerkvoogden. Van onze Gemeente wordt verlangd dat zij van haar vermogen een bedrag van 1.000,-- af zondert en daarmee in de Stichting deelneemt. Nu Uw Raad zich in het verleden reeds heeft uitgesproken voor het vormen van een fonds ten behoeve van het hierboven omschreven doel be staat er naar onze mening alle aanleiding thans aan de oprichting van de bedoelde stichting mede te werken en voor dit doel opnieuw een krediet van 1.000,-- beschikbaar te stellen. Een daarvoor noodzakelijke wijzi ging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1562 zal zeer binnen kort aan de orde worden gesteld. Onder de mededeling dat de ontworpen statuten onze instemming hebben, stellen wij U dan ook voor te besluiten overeenkomstig het bijgaande ont werp Burgemeester en l/ethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Meulen, Burgemeester. Verzonden 23 oktober 1 962 de Jong, Secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1962 | | pagina 326