- 47 - Be grote activiteiten die op het gebied van de volkshuisvesting en de industrialisatie zijn en worden ontwikkeld, hebben o.m. tot ge volg dat de oppervlakte der bouwterreinen en der in erfpacht uitge geven terreinen oen belangrijke uitbreiding ondergaat, hetgeen moge blijken uit onderstaande gegevens (in ronde getallen)t 1-1-1956 1-1-1960 1-1-1963 uwterreii-cn 153 ha 3.94O.OOO,- 276 ha 7.979.000-,- 320 ha 8.127.000,- Ciütuurgronden 129 79 4 0 00,- 148 855.000,- 173 849.000,- Erfpachtterrc'nai 7'- 5--'16. 000,- 9'O f 6. 53o.'-'00,- 96 J10. 3 "'4000.- 358 ha ƒ10.670.000,- 514 ha ƒ17.399.000,- 589 ha ƒ1290.000,- Tot nu toe levert de exploitatie van het Grondbedrijf geen grote moeilijkheden op. Zoals uit vorenstaand overzicht blijkt, is in de in erfpacht uitgegeven terreinen een vrij groot kapitaal geïnvesteerd. De financiering van de erfpachtsterreinen geschiedt voornamelijk met vreemd geld. De Ontwikkeling op de kapitaalmarkt wettigt het vermoeden dat in 1963, evenals in 1962, de erfpachts canons van de uit te geven terreinen kunnen worden berekend tegen een rentevoet van 5i i" per jaar. Bij de behandeling van de begroting van het Grondbedrijf voor 1962 hebben vrij IJ toegezegd bij de begroting van het dienstjaar 1963 nadere informaties te zullen verstrekken over de omvang en de functies van de bij het Grondbedrijf genoemde reserves. Be reserves vertonen het volgende verloop (afgeronde bedragen) 1-1-1956 1-1-1960 1-1-1963 Algemene reserve .613.OOC,- 1.116.000,- 1.298.700,- Keerwaarde erfpacht 345.000;- 3'13300- 625.000,- 958.000,- 1.629.300,- I.923.7OO,- Allereerst zij opgemerkt dat de Algemene Reserve on do Reserve Meerwaarde bij uitgifte in erfpacht niet hetzelfde karakter hebben. Bo Algemene Reserve is oen gerealiseerde reserve, met de Reserve Meerwaarde bij uitgifte in erfpacht is dit niet het geval. Zoals TJw Raad bekend is, worden de bouwterreinen in beginsel uitgegeven tegen kostende prijs, steunend echter op calculaties die werden opgemaakt, voordat alle binnen een grondplan gelegen grond is aangekocht en/of bouwrijp is gemaakt. Winst of verlies kan dus in beginsel slechts ontstaan door afwijkingen tussen do voorcalculatie en de werkelijke kosten. Enige winstmogelijkheid is voorts gelegen in de optrekking van de vraagprijzen voor restant-terreinen in oudere uitbreidingsplannen voor een aanpassing bij do kostprijzen van nieuwe plannen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1963 | | pagina 130