Wijziging gemeenschappelijke regeling ziektekostenvoorziening Ambtenaren.
Bijlage no. 40» Leeuwarden, 1 februari 196 -
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur van het Instituut Ziektekostenvoorziening Ambtenaren
(l.Z.A.) ton behoeve van het personeel in dienst der gemeenten in Fries
land heeft bij schrijven van 21 december 1962 aan de raden van de aange
sloten gemeenten toegezonden een voorstel tot wijziging van de tussen die
gemeenten gesloten gemeenschappelijke regeling.
De voorgestelde wijzigingen betreffen ie volgende punten.
1.Een aanvulling van artikel 1, onder f, 2e, sub b. De IZA-bijdrage van
gepensioneerden met een korte diensttijd staat niet in een reële ver
houding tot de aan hen gegeven aanpraken.
Gezien het feit dat volgens de Pensioenraad do gemiddelde dienst
tijd van het overheidspersoneel J2 jaren bedraagt, zou de bijdrage van
de gepensioneerden tenminste leunnen worden berekend naar een diensttijd
van 25 jaren.
2.Een wijziging van het bedrag, genoemd in artikel 9.
Sinds 1 januari 1959 geldt als maximum bedrag, waarover de bijdra
ge wordt berekend, f.12.000,--. Gelet op de salarisverhogingen die
sindsdien hebben plaats gehad on mede gelet op de stijgingen der ziek
tekosten,- wordt voorgesteld het maximum bedrag, waarnaar de bijdrage
dient te worden berekend vast te stollen op f.15.000,--»
3.Een wijziging van artikel 11, tweede lid, in die zin, dat de Gemeente
driemaandelijks in do kas van het Instituut een bedrag stort, gelijk
aan de bijdrage, welke elke pensioengenietende, dus niet alleen de
gepensioneerde, doch ook, na diens overlijden, zijn weduwe of wezen,
dient te storten. Deze bepaling sluit aan bij de thans reeds bestaande
praktijk.
De bovenbedoelde wijzigingen hebben de instemming van het Centraal
Orgaan inzake gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke perso
neelsaangelegenheden, zodat plaatselijk overleg achterwege kan blij
ven.
V/ij stollon U voor to besluiten conform hot hierbij gevoegde ont-
werp-besluit.
Burgemeester on 'wethouders van Leeuwarden
A.A.M. van der Heulen Burgemeester
de Jong Secretaris.
Verzonden 1 februari 196;