- 2 -
V. de onder III bedoelde voorschotten te verstrekken onder de
voorwaarden, genoemd in de artikelen 19 en 20 van het
Woningbesluiten de voorwaarden, welke de Minister van
Volkshuisvesting en Bouwnijverheid aan het verlenen van de
financiële steun uit 's Rijks kas zal verbinden, het be
drag der boete, bedoeld in artikel 19, onder c van het
Woningbesluit, wordt voor elk dor onder III genoemde
woningbouwcorporaties gesteld op 50.000,--;
VI. uit 's Rijks kas, overeenkomstig de bepalingen van de Be
schikking Bijdragen ïïoningwetbouw 1950, een zo hoog
mogelijke jaarlijkse bijdrage in het exploitatietekort van
de onder I bedoelde 1196 woningen aan te vragen en te aan
vaarden;
VII. aan elk der onder I genoemde woningbouwcorporaties voor een
tijdvak van ten hoogste 50 jaar, aanvangende op de datum,
waarop de woningen voor bewoning gereed komen, een jaar
lijkse bijdrage uit de Gemeentekas te verstrekken voor
haar onder IV bedoelde woningen, gelijk aan de toe te
kennen rijksbijdragen, als bedoeld onder VI en onder de
volgende voorwaarden;
a. de bijdragen worden terugbetaald overeenkomstig hetgeen
te dien aanzien is bepaald in artikel 25, zevende en
achtste lid van het ïïoningbesluitonverminderd het
bepaalde in artikel 24c, derde lid, van dat besluit;
b. indien de voorschotten of onafgeloste gedeelten daarvan
worden opgevorderd krachtens artikel 19, letter b van
het ïïoningbesluitsullen de bijdragen, tot welker be
taling de Gemeente zich nog voox- de toekomst heeft ver
bonden, niet neer verschuldigd zijn;
VIII. de Gemeente stort jaarlijks een bijdrage gelijk aan 7rA van
de op het tijdstip van storting geldende jaarhuur van de
•woningen in de krachtens artikel 24c van het ïïoningbesluit
te vormen reservefondsen ten behoeve van de onder I be
doelde woningen. Ten aanzien van deze reservefondsen geldt
het navolgende;
a. de reservefondsen worden, voor zover gevormd ten behoeve
van de onder IV bedoelde woningen, beheerd door de onder
I genoemde woningbouwcorporaties op aanwijzing van
Burgemeester en ïïethouders en zijn bestemd, om te voor
zien in de dekking van tekorten op de exploitatie van
de onder IV bedoelde woningen, welke zich in enig jaar
mochten voordoen en onvoorziene kapitaalsuitgaven;
b. over de reserves mag niet worden beschikt zonder toe
stemming van Burgemeester en ïïethouders;
c. de onder I genoemde woningbouwcorporaties kunnen worden
verplicht deel te nemen in de jaarlijkse stortingen in
het ton behoeve van haar sub IV bedoelde woningen ge
vormde reservefonds tot ton hoogste 5van °P bot
tijdstip van storting geldende jaarhuur; het bedrag dier
stortingen mag niet ten laste van do exploitatie der
bovenbedoelde woningen worden gebracht; Burgemeester en
ïïethouders bepalen nader het percentage der deelneming;
d. de stortingen blijven achterwege indien de reserves een
omvang hebben bereikt, gelijk aan viermaal het bedrag
van de jaarhuur van de sub I bedoelde woningen, zulks
gerekend per complex, eigendom zijnde van de Gemeente
of van één dor sub I vermelde woningbouwcorporaties; de
stortingen worden horvat, zodra de reserves dalen beneden
- 3 -
de in de vorige zin bedoelde omvang; zolang de
reserves de bovenbedoelde omvang niet hebben bereikt
worden overschotten op de exploitatie der woningen
aan de reserves toegevoegd;
IX. de Gemeente draagt in eigendom aan de Stichting "ïïoning-
stichting Sint Joseph" en de ïïoningbouwvereniging "Beter
Wonen", onder nader door Burgemeester en ïïethouders te
bepalen voorwaarden, over de terreinen, respectievelijk
gelegen in hot op do bij dit besluit behorende tekening
groen- en roodomlijndc gebied, welke nodig zijn voor de
bouw van 370 woningen, 38 enkele en 6 dubbele garages,
respectievelijk 423 woningen38 enkele en 7 dubbele
garages, togen de totale prijs van 3»860.002,-- of
zoveel meer of minder als de Minister van Volkshuis
vesting en Bouwnijverheid in aanmerking zal nemen voor de
stichtingskoston van de te bouwen woningen en garages.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.