Wijziging gemeenschappelijke regeling ziektekostenvoorziening ambtenaren.
Bijlage no. 36. Leeuwarden, 30 januari 1964
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur van het Instituut Ziektekostenvoorziening Ambtenaren
•Z.A.) ten behoeve van het personeel in dienst der gemeenten in Fries-
(I
land heeft bij schrijven van 20 december 19^3 aan ^e Raden van de aange
sloten gemeenten toegezonden een voorstel tot wijziging van de tussen die
gemeenten getroffen gemeenschappelijke regeling.
De voorgestelde wijzigingen betreffen de volgende punten:
1e. het begrip bezoldiging: a. Het I.Z.A.-bestuur wil duidelijker dan
voorheen in de regeling doen uitkomen dat onder bezoldiging in de zin
van de regeling in de eerste plaats wordt verstaan het bedrag van de
pensioensgrondslag. In de pensioensgrondslag is ook opgenomen het zgn.
werkgeversaandeel in de I.Z.A.-bijdrage
Hoewel volgens de tot nu toe bestaande omschrijving van het begrip
bezoldiging (salaris, vermeerderen met de emolumenten en toelagen,
welke voor de vaststelling van de pensioensgrondslag in aanmerking
komen)ook reeds I.Z.A.-bijdrage diende te worden berekend van boven
bedoeld werkgeversaandeel, werd dit in een aantal gemeenten nagelaten,
omdat het niet juist werd geacht premie te berekenen over het werk
geversaandeel
2e. b. De bijdrage van een wachtgelden of een uitkeringgenietende wordt
tot nu toe bepaald naar hetgeen als bezoldiging gold op de dag vóór
het ontslag. Bij de berekening van het wachtgeld of de uitkering wordt
echter ook rekening gehouden met de wijziging, welke de bezoldiging
na het ontslag zou hebben ondergaan als de ambtenaar in dienst was
gebleven. Het X.Z.A.-bestuur acht het redelijk die wijzigingen ook in
aanmerking te nemen bij de bepaling van de IZ.A.-bijdrage
2eVolle wezen - deelnemers
In 1959 is de mogelijkheid geopend dat volle wezen van deelnemers in
het I.Z.A., zo zij dit wensen, zelf deelnemer worden. Deze mogelijk
heid bestaat tot nog toe niet voor volle wezen van door hot I.Z.A.-
bestuur toegelaten deelnemers, zoals b.v. personeel van instellingen,
dat door of vanwege het gemeentebestuur -wordt benoemd. De voorgestelde
redactie beoogt deze ongelijkheid op te heffen.
De bovenbedoelde wijzigingen hebben de instemming van het Centraal
Orgaan inzake gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke
personeelsaangelegenheden, zodat plaatselijk georganiseerd overleg
achterwege kan blijven.
Wij stellen U voor te besluiten conform het hierbij gevoegde ontwerp
besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M.van der Meulen Burgemeester.
de Jong Secretaris.
Verzonden 7 februari 1964»
