No- 12751.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 24 septem
ber 1964 (bijlage no. 303);
BESLUIT:
met J. Hettema, wonende Wergeasterdyk 27? Goutum, een overeenkomst aan
te gaan tot ontbinding van de pacht ten aanzien van het perceel,
kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie G, no. 118, groot 2.85.70 ha,
onder toekenning van een schadeloosstelling van 12.000,-- en voorts
onder de bedingen, welke zijn opgenomen in de bij dit besluit behorende
ontwerp-overeenkomst
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Aangaan van een overeenkomst met het Rijk inzake het verlenen van een bij
drage in de kosten van het aanleggen van de ringweg.
Bijlage no. 304. Leeuwarden, 24 september 19^4-
Aan de Gemeenteraad.
Op 12 april 1961 besloot Uw Raad tot het aangaan van een onderhandse
overeenkomst met het Rijk inzake het toekennen van een bijdrage van
1.250.000,-- aan onze Gemeente, wegens het uitvoeren van werken inzake
de aanleg van een ringweg om Leeuwarden. Deze overeenkomst, gedagtekend
21 juli 1961, ligt bij de stukken voor U ter inzage.
Wij kunnen U thans berichten, dat Zijne Excellentie de Minister van
Verkeer en Waterstaat zich bereid heeft verklaard het toegezegde subsidie
ad 1.250.000,-- te verhogen met 330.000,-- tot in totaal 1.580.000,--,
zulks in verband met het grote belang, dat het doorgaande verkeer heeft
bij het spoedig tot stand komen van de ringweg, in het bijzonder voorzo-
veel betreft het noordelijke gedeelte daarvan. Dit vernoogde subsidie
kan, in tegenstelling tot de oorspronkelijke bedoeling, geheel worden aan
gewend voor de aanleg van het evenbedoelde ringweggedeelte.
De Minister voornoemd heeft aan deze toezegging een, naar onze mening
voor de Gemeente aanvaardbare, voorwaarde verbonden, dat het noordelijke
gedeelte van de ringweg, uiterlijk op 31 december 1965 voltooid moet zijn;
voor iedere maand of gedeelte van een maand, dat de noordelijke talc van
de ringweg later gereed komt, zal de subsidie van 1.580.000,-- met
5/6c/o worden verminderd. De uitvoering van de plannen tot wegaanleg en
tot het bouwen van de brug over de Dokkumer Ee is reeds in volle gang en
bij het opdragen van deze werken is er rekening mede gehouden, dat één
en ander vóór 1 januari 1966 moet zijn voltooid.
In verband met het bovenstaande heeft de Minister voornoemd be
paald, dat de aan onze Gemeente als voorschot op de bedoelde subsidie uit
te keren bijdrage van 7c/° in 4e kosten van het aanleggen van het viaduct
over het spoorwegemplacement komt te vervallen. Tegelijkertijd verklaarde
de Minister van Economische Zaken zich bereid het ten laste van zijn
departement toegekende subsidie van 2403676-- te verhogen tot
85van 3.040.700,--, of tot 2.584*595,--.
Wij zijn van oordeel, dat het alleszins aanbeveling verdient mede
werking te verlenen aan de in verband met het vorenstaande van Rijkswege
voorgestelde wijziging van de eerderbedoelde overeenkomst van 21 juli
1961, no. 126-F. Het ontwerp van deze wijzigingsovereenkomst ligt bij de
stukken voor U ter inzage.
Wij stellen U dan ook voor te besluiten conform het hierbij gevoegde
ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen Burgemeester.
de Jong Secretaris.