Uitbreiding leerplan Christelijke Industrie- en Huishoudschool ''Prinses
Marijke" met opleiding huishoudhulp volgens het leerlingstelsel.
Eijlage no. 312. Leeuwarden23 september 1964*
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur van de Vereniging voor Christelijk Nijverheidsonderwijs te
Leeuwarden heeft zich bij brief van 11 mei j.l. tot Uw Raad gewend met het
verzoek een besluit te nemen, waarbij de uitbreiding van het leerplan van
de door deze vereniging in stand gehouden industrie- en huishoudschool
"Prinses Marijke" met een opleiding huishoudhulp volgens het leerlingstelsel
nodig wordt geoordeeld.
Het verzoek is gedaan ingevolge artikel 25, 2e en 6e lid, der Nijver
heidsonderwijswet, waarin is bepaald, dat slechts subsidie uit 's Rijks kas
kan worden genoten, indien de Raad der Gemeente, waar de school is geves
tigd - voor zoveel mogelijk de daarbij betrokken organisaties van patroons
en werklieden gehoord - de oprichting en instandhouding, c.q. uitbreiding,
nodig heeft geoordeeld en de Kroon deze daarna, gelet op de behoefte aan
de school en de daaraan verbonden verhoging van de rijksuitgaven, heeft goed
gekeurd.
Van de plaatselijke afdelingen van de werkgevers- en werknemersorgani
saties zijn adhesiebetuigingen ontvangen, welke bij de stukken voor U ter
inzage zijn gelegd.
De bedoelde cursus is een tweejarige opleiding, die bestaat uit een
praktijkopleiding in een gezin en een theoretische opleiding aan de huishoud
school. De opleiding volgens het leerlingstelsel houdt in, dat de leerling
ten overstaan van een landelijk opleidingsorgaan, het zogenaamde leerling
stelsel, met een patroon of patrones een leerovereenkomst sluit voor het
praktische gedeelte van de opleiding. Het landelijk opleidingsorgaanin
casu do Nederlandse Vereniging tot opleiding van gezinshulpen volgens het
leerlingstelsel, gevestigd te s-Gravenhagebelast zich met het toezicht
op de praktijkopleiding. Uit het overgelegde concept-leerplan blijkt, dat
per week gedurende 5 halve dagen in het gezin wordt gewerkt, terwijl de
schoolopleiding 17 lesuren per week omvat.
De opleiding is bedoeld voor niet meer leerplichtige meisjes, die een
school voor buitengewoon lager onderwijs (debielen) hebben bezocht, en voor
hen, die de zesde klas van een school voor gewoon lager onderwijs niet
konden bereiken. Deze meisjes kunnen, omdat zij niet voldoen aan de toela
tingseisen, thans niet tot de huishoudschool worden toegelaten. De bedoelde
opleiding is momenteel alleen verbonden aan de neutrale huishoudscholen tc
Franeker en Sneek, zodat de hiervoor in aanmerking komende meisj.es uit de
gemeente Leeuwarden naar een van deze beide scholen moeten worden verwezen.
Deze opleidingen worden dan ook door een vrij groot aantal meisjes uit
Leeuwarden bezocht. Deze meisjes moeten dus dagelijks heen en weer reizen,
wat juist voor hen wel bijzonder bezwaarlijk is.
Plet bestuur verwacht, dat het voor deze opleiding - die toegankelijk
zal zijn voor alle gezindten - vereiste aantal leerlingen van 12 gemakkelijk
zal kunnen worden bereikt. Deze mening wordt gedeeld door de Dienst Sociaal
Paedagogische Zorg van het Instituut voor de Geestelijke Gezondheidszorg in
Friesland. In het door deze dienst uitgebrachte en bij de stukken overge
legde advies wordt opgemerkt, dat wanneer de opleiding voor alle gezindten
zou openstaan, het aantal meisjes uit de b.1.0-sector (debielen), inclu
sief de beide alhier gevestigde scholen voor kinderen met leer- en opvoe
dingsmoeilijkheden, op 15 a 25 per jaar mag worden geschat. Verder komen de
zwakbegaafden van het gewoon lager onderwijs voor deze opleiding in aan
merking. Ervaringen elders hebben geloerd, dat in het algemeen twee/derde
gedeelte van de leerlingen van een opleiding huishoudhulp afkomstig is van
het b.1o
